De Formule 1 zit in zwaar weer. Teams dreigen op de fles te gaan: van de elf teams die begin dit jaar van start gingen, zijn er volgend jaar mogelijkerwijs nog maar zeven over. De vraag is dan ook of de teams niet gedwongen moeten worden om dan maar drie auto’s in te zetten. In ieder geval ontbraken de teams van Caterham en Marussia tijdens de Grand Prix van de Verenigde Staten, waardoor er nog maar achttien auto’s aan de start verschenen. Het spektakel werd er in ieder geval niet minder op.
“De financiële crisis in de Formule 1 is waarschijnlijk mijn schuld”, jammerde een opmerkelijk schuldbewuste Bernie Ecclestone. De vraag was waarom hij geen rijksdaalder uit zijn overvloedig gevulde portemonnee pakte om de wegkwijnende teams te redden (naast Caterham en Marussia gaat het naar verluidt ook niet goed met de teams van Sauber en Lotus), maar dat zit niet in de aard van het beestje. De Formule 1 is geen sport voor handophouders of cowboys die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten. Zelfs niet in Texas.
“Annoyingly more evidence for Bernie to say that backmarkers are pointless.”
Strontium in Rate the race.
Want ook met een gedecimeerd startveld was er genoeg lol te beleven. En dat terwijl het veld in de eerste ronde nog verder werd uitgedund door een oliedomme actie van local hero Pérez, die zichzelf en Subtiel uit de race werkte. Dat was vooral voor Subtiel en Sauber een hard gelag: de Duitser had zijn zwarte bolide voor het eerst dit seizoen in de top 10 gekwalificeerd en lag daarmee op koers om eindelijk een keer in de punten te finishen.
Door de rotzooi op de baan rukte de safetycar uit. Het betekende dat de McLarens en Fattle, die met een volledig nieuwe powerunit reed en daardoor vanuit de pitsstraat startte, naar de pits kwamen. Fattle reed één rondje achter de safetycar op de zachte banden, waarna hij weer overstapte op de harde banden, zodat hij aan de krankzinnige bandenregel had voldaan en de race zonder verdere pitstops kon uitrijden. Daarnaast had de uittredend wereldkampioen zijn auto afgesteld voor het lange rechte stuk, zodat hij zich vanuit de achterhoede makkelijk zou moeten opwerken. In theorie leek het heel wat, maar in de praktijk viel het behoorlijk tegen.
Vooraan maakten de Mercedes de dienst uit. Rosberg lag aan kop, nadat Luis in de kwalificatie weer eens last had van zijn remmen. In de race had hij daar geen last meer van, dus reden de Mercedes meteen flink weg bij de Williams’, die het in de openingsfase met elkaar aan de stok hadden. Massa ging Bottas bij de start voorbij en die had daar niet van terug. Achter hen herstelde Ricciardo van zijn zoveelste Mark Webber-start (wat is dat toch met Australiërs?) door Alonso bij de herstart de oren te wassen. Al gauw liep de top vijf hard weg bij de rest van het veld, aangevoerd door de Ferrari’s.
De Mercedes lopen in de openingsfase maar heel langzaam weg bij de Williams’, die op hun beurt worden opgejaagd door Ricciardo. Massa en Ricciardo duiken als eersten de pits in. Bottas stopt een ronde later en is zijn vierde plek kwijt. De Mercedes stoppen ook. Rosberg, de leider, duikt als eerste de pits in, een ronde later gevolgd door Luis. De stand aan kop blijft onveranderd.
Rosbergs voorsprong is door zijn vroegere stop opgelopen tot drie seconden, maar met een gewijzigde afstelling gaat Luis op jacht naar zijn teamgenoot, die zich op de hardere banden totaal niet als een vis in het water voelt. Luis rijdt het gat binnen enkele ronden dicht, waarna hij op het lange rechte stuk van grote afstand een poging waagt. Hij smijt zijn auto erlangs en drukt Rosberg half van de baan. De auto’s blijven heel en de race vooraan is gelopen.
“Are you sure?!”
Jenson Button over de boordradio op de opmerking dat hij die ronde naar de pits zou komen, nadat hij de ronde ervoor op het laatste moment te horen had gekregen dat hij nog een ronde langer buiten moest blijven.
In de middenmoot (of achterhoede?) gaat het spektakel gewoon door. De coureurs vechten voor de laatste punten alsof hun leven ervan afhangt en dat levert veel inhaalacties op. Dat kwam ook doordat de McLarens in de race niet vooruit te branden waren. De grijze bolides probeerden een bandenwissel uit te sparen door de hele race met de handrem strak aangetrokken te rijden, waardoor ze steeds gepasseerd werden door de coureurs op nieuwe banden. Achter hen zat echter nog Fattle, die gefrustreerd werd door het gebrek aan snelheid van zijn bolide. Na zijn pitstop is de Duitser echter een stuk sneller, waardoor ook hij zich in de gevechten mengt.
Teamgenoot Ricciardo slaat ook toe bij de pitstops, al moet daarbij worden aangetekend dat het team van Williams zichzelf op een ongelooflijk domme manier in de vingers sneed door Bottas (de achterste auto) als eerste naar de pits te halen. Ricciardo stopte een ronde later en ging Massa, die pas de ronde daarna stopte, via de pitstops eenvoudig voorbij.
De Ferrari’s maken laat in de race nog een tweede pitstop. Räikkönen valt ver terug. Mogelijk was zijn auto toch wat beschadigd geraakt bij de botsing van Pérez en Subtiel, want de Fin viel alsmaar verder terug. Alonso kwam voor de deur bij Fattle de baan op, die hem brutaal voorbijreed. Alonso haalde de Red Bull even later weer in, waarna Fattle nog een vierde keer naar de pits werd geroepen. Met het mes tussen de tanden ging de Duitser proberen om met zijn hervonden snelheid en op nieuwe banden het verloren gegane terrein terug te winnen. Dat lukte aardig: met de Mercedes in zijn spiegel ging hij op jacht naar het treintje achter de hopeloos trage Button.
“What was that?!”
Grosjean nadat Vergne zijn auto langs de zijne had gesmeten.
Achter Button is Grosjean veel sneller, maar hij ontbeert topsnelheid om de McLaren in te halen. Vergne, die erop gebrand is iets te laten zien, weet wel van aanpakken. In de eerste bocht gooit hij zijn wagen naast en tegen die van Grosjean. “Good job” krijgt de Fransoos van zijn team te horen. Hij zet even later ook Button opzij. Grosjean kan zijn kreupele wagen nauwelijks meer op de baan houden, waardoor hij teamgenoot Pastoor voorbij ziet komen. Pastoor gaat Button ook voorbij, waarna Fattle er bijna bovenop klapt, om even later ook met de Brit af te rekenen. Vervolgens gaat hij voorbij Pastoor, Vergne en Magnussen, waarna hij zelfs nog oprukt tot aan de staart van Alonso.
Achter hem gaat Pastoor nog voorbij Vergne, waardoor hij de negende plaats pakte. Door een tijdstraf (de Venezolaan kreeg in de race twee tijdstraffen opgelegd: een voor een snelheidsovertreding tijdens de safetycarfase en een in de pits) werd hij aanvankelijk als tiende geklasseerd, maar doordat Vergne ook een tijdstraf kreeg voor de botsing met Grosjean, kreeg hij de negende plek weer terug. Grosjean schoot er echter niks mee op: hij werd in de laatste ronde gedubbeld en bleef elfde, voor Button, Räikkönen, Gutiérrez en Kwjat, die wel heel vaak naar de pits moest. Hülkenberg was de enige coureur die met een mechanisch defect de strijd moest staken en maakte daarmee de ramprace van Force India compleet.
Tussen de kluit achterblijvers reden de Mercedes keurig naar de zoveelste dubbelzege van het seizoen. Ricciardo viel in de slotfase nog ver terug en moest flink hard werken om de Williams van Massa achter zich te houden. Bottas werd vijfde in de schaduw van zijn teamgenoot. Alonso werd op meer dan een minuut achterstand zesde, vlak voor Fattle. Magnussen werd keurig achtste, een resultaat waar Ron Dennis en de zijnen echter onmogelijk gelukkig mee kunnen zijn.
In ieder geval boekte Luis op de tiende sterfdag van Theo van Gogh zijn tiende zege van het seizoen, waardoor hij zijn voorsprong op Rosberg in het kampioenschap vergrootte tot 24 punten, wat betekent dat het kampioenschap tijdens de dubbelepuntenrace in Abu Dhabi beslist zal worden, wat er volgende week ook in Brazilië gebeurt. Mogelijk zijn de teams van Caterham en Marussia er dan ook weer bij.