Even een kort berichtje om de leegte van de afgelopen tijd op te vullen.
Het is alweer een tijdje geleden dat ik voor het laatst van me heb laten horen. Echt veel interessants is er de afgelopen tijd ook niet in mijn leven gebeurd, of het moet zijn dat ik afgelopen weekend tien minuten lang de straten onveilig heb gemaakt in een kleine Suzuki, maar dat is het dan ook wel. Mijn leven heeft nieuwe impulsen nodig en dat is duidelijk aan de levenloosheid van deze site te zien. In het boek The deeper secret dat ik een paar jaar terug van iemand mocht lenen, beschrijft Annemarie Postma hoe het universum je leven de juiste richting op probeert te sturen.
Wanneer je voor jezelf een richting hebt gekozen die je niet meer geeft wat je voor je groei nodig hebt, grijpt The law of unattraction in. Hij stoot dingen af of trekt dingen aan die je heel duidelijk laten merken dat je niet langer op de juiste weg zit en dat de bestemming die je voor ogen had, niet langer de jouwe is.
Ga ik in het leven nog wel de juiste kant op? Stel ik wel de juiste prioriteiten? Zijn de dingen die ik in mijn vrije tijd doe wel maatschappelijk relevant? Moet ik het roer niet volledig omgooien?
In mijn directe omgeving speelt die problematiek maar al te zeer. Ruim twee jaar geleden hebben mijn ouders een sprong in het diepe gemaakt door een eigen huis te willen bouwen. Ik vermoed dat ze daar inmiddels spijt als haren op hun hoofd van hebben, want ze hebben de afgelopen jaren niets dan ellende meegemaakt. Alles loopt stroperig. Eerst was het de gemeente, daarna de buren, vervolgens het bouwbedrijf. Het is net alsof het universum ze wat probeert duidelijk te maken, maar toch, wat kunnen instanties in een rijk land toch knap langs elkaar heen werken…
Het probleem voor m’n ouders is dat ze niet meer terug kunnen. Hun oude huis is inmiddels verkocht. Ze moeten van hun nieuwe huis een succes zien te maken, maar op dit moment lijkt dat einddoel nog heel ver weg. De toekomst zal moeten uitwijzen of hun eigen huis de moeite waard was, of dat ze misschien beter naar hun gevoel hadden moeten luisteren.
Wat me eveneens aan het hart gaat, zijn de schaakprestaties van Evgeny Grotovsky. Hoewel zijn ontwikkeling met horten en stoten verliep, droop de klasse van zijn spel en was hij bij vlagen echt heel goed. De laatste tijd is daar echter niet veel meer van te merken. Zijn laatste toernooi, de Europacup in Griekenland van afgelopen oktober, verliep vrij dramatisch voor hem en ook in de meesterklasse krijgt hij klappen. Dat is vreemd te noemen, want in de analyses blijkt hij nog niks aan schaakkracht te hebben ingeboet. Wat gaat er mis?
Hieronder heb ik Ewoods prestatieniveau (TPR, ofwel toernooiprestatierating) van 2008 tot nu over de tijd uitgezet. Op de y-as staat zijn TPR over 9 partijen, wat als het ware een voortschrijdend gemiddelde is van zijn schaakniveau.
Te zien is dat Ewoods niveau in 2012-2013 piekte, om daarna weer in te zakken. De laatste jaren heeft hij een aantal zwakke periodes meegemaakt (begin 2014, eind 2016 en nu), onderbroken door periodes waarin het nog best goed ging (denk aan die halmapartij die nog in het boek van Thomas Willemze is verschenen).
Het probleem is niet dat zijn goede partijen minder goed zijn geworden, maar dat zijn slechte partijen slechter zijn geworden (of dat hij nu meer slechte partijen heeft). Dat is vooral aan zijn zwartpartijen te zien, waarin hij de laatste tijd heel slecht scoort. Historisch gezien is hij met wit zo’n 120 elopunten sterker dan met zwart, maar de laatste tijd is dat verschil enorm opgeblazen.
Zelfs nu zijn FIDE-rating niet ver meer boven de 2200 ligt, scoort Ewood met wit nog altijd als een beest. Zijn TPR’s liggen nog altijd tussen de 2300 en 2400. Met zwart is het een heel ander verhaal. In zijn beste jaren scoorde Ewood met zwart ongeveer wat hij nu met wit scoort. Sinds 2013 liggen zijn TPR’s met zwart in de buurt van de 2200, met zo nu en dan een uitschieter naar beneden (½ uit 6 in 2016 en 2 uit 8 vorig jaar). Daar is de echte winst natuurlijk in te behalen, zeker in een tijd waarin het witvoordeel weinig meer lijkt voor te stellen. In ieder geval weet hij nu in welke richting hij naar verbeteringen moet zoeken.