Formule 1: kan Red Bull zich revancheren voor 2017?

Over een maand begint het nieuwe Formule 1-seizoen alweer. De coureurs staan al te popelen om hun nieuwe speeltjes tijdens de testdagen volgende week uit te proberen. Dan zal langzaam duidelijk worden welke teams het goed voor elkaar hebben en welke teams niet. Hopelijk komt er dan ook een antwoord op de belangrijkste vraag van allemaal: kan het team van Red Bull zich revancheren voor het afgelopen seizoen?

Nadat Red Bull de laatste jaren van het V8-tijdperk had gedomineerd, nam Mercedes het stokje over bij de overgang naar turbomotoren. Tot grote frustratie van de Oostenrijkse frisdrankfabrikant waren hun Renault-krachtbronnen niet opgewassen tegen die van Mercedes, waardoor het team constant achter de feiten aan bleef lopen. Dieptepunt was 2015, toen het team slechts vierde werd in het constructeurskampioenschap en de relatie met Renault op scherp kwam te staan, en afgelopen seizoen ging het met een derde plek niet veel beter.

Positief was wel de progressie die het team gedurende het seizoen maakte. Nadat de paarse bolides in het begin van het seizoen door problemen met de windtunnel bijna anderhalve seconde moesten toegeven op de Mercedes, waren ze aan het eind van het seizoen soms zelfs sneller. Betekent dat dat ze er in 2018 weer helemaal bij zullen zitten?

Een analyse op de rondetijden van de afgelopen vier jaar wijst uit dat de sleutel bij Renault ligt. Als de Fransen het gat naar Mercedes dichten, dan kan Red Bull Mercedes zeker uitdagen. Het jammere is dat het niet erg aannemelijk is dat Renault dit jaar ook echt een enorme sprong gaat maken.

In het turbotijdperk zijn er vier verschillende motorfabrikanten: Mercedes, Ferrari, Renault en Honda. Mercedes levert al jaren motoren aan de teams van Force India en Williams, terwijl Ferrari het team van Haas van motoren voorziet. Red Bull is het enige team dat de laatste jaren exclusief door Renault-motoren werd aangedreven, terwijl McLaren van 2015 tot en met afgelopen seizoen door Honda-motoren werd aangedreven. De overige teams wisselden zo nu en dan van motorleverancier: zo reden de teams van Marussia (2015), Toro Rosso (2016) en Sauber (2017) met de Ferrari-motoren van het jaar ervoor. Doordat veel teams met dezelfde motoren reden, kan de kwaliteit van de motoren redelijk goed bepaald worden.

Het idee van de onderstaande analyse is om circuitkarakteristieken te gebruiken om de kwaliteit van de motor te scheiden van de kwaliteit van het chassis. Op een snel circuit als Monza, waar coureurs driekwart van de tijd volgas geven, is de invloed van de motor natuurlijk veel groter dan op een traag circuit als Monaco, waar het volgaspercentage maar 34 is. Omgekeerd komt de kwaliteit van het chassis op bochtige circuits beter tot uitdrukking. Ik heb van elk team van elke race van de afgelopen vier jaar de snelste rondetijd genomen, gegeven dat in ieder geval één coureur van het team zijn snelste rondetijd tijdens de kwalificatie reed. Zodoende hoop ik geen last te hebben van vreemde uitbijters (bijvoorbeeld als coureurs vanwege regen geen representatieve tijden kunnen neerzetten).

In de analyse schat ik het volgende model in Stata:

Snelste rondetijd = circuit x (chassis per jaar geïnteracteerd met bochten per kilometer) x (motor per jaar geïnteracteerd met percentage volgas)

De chassis en motoren veranderen per jaar, de circuits blijven onveranderd in de analyse. Ook neemt de analyse aan dat bijvoorbeeld de Mercedes-motor van de klantenteams Force India en Williams precies hetzelfde is als de motor van het fabrieksteam zelf.

Zoals verwacht hebben de motorfabrikanten de afgelopen jaren behoorlijke stappen gezet. Na de introductie van de turbomotoren in 2014 zijn de motoren ieder jaar weer een stuk sterker geworden. De onderstaande grafiek geeft het effect op rondetijden weer op een hypothetisch circuit dat alleen maar uit rechte stukken bestaat (of iets wat erbij in de buurt komt, zoals een oval), vergeleken de Honda-motor van afgelopen seizoen.

Effect van motoren op rondetijden per jaar op hypothetisch circuit waar coureurs altijd volgas rijden.

Te zien is de enorme progressie die de motorfabrikanten de afgelopen jaren hebben gemaakt. Hieruit volgt ook dat de Honda-motor van afgelopen jaar sterker was dan alle motoren in 2014 en 2015. Afgelopen seizoen waren de Ferrari- en Mercedes-motor echter duidelijk sterker. Op een circuit waar alleen motorvermogen een rol speelt, is het verschil gelijk aan 3% in rondetijd. Renault loopt met een kleine 2% duidelijk achter.

Op een gemiddeld Formule 1-circuit, waar de coureurs gedurende 56% van de tijd volgas rijden, legt de Honda-motor ongeveer 1,6-1,7% toe op de Ferrari- en Mercedes-motor. Gemiddeld genomen levert één procent meer motorvermogen ongeveer 0,15% betere rondetijden op, wat suggereert dat de Honda-motor ruim 10% minder vermogen had dan de Ferrari- en Mercedes-motor.

Volgens Auto, Motor und Sport had Mercedes aan het eind van afgelopen seizoen de sterkste motor met 949 pk, voor Ferrari (934), Renault (907) en Honda (881). Dit is redelijk in overeenstemming met de resultaten van de regressie. Het voornaamste verschil is dat de regressie de kracht van de Ferrari-motor lijkt te overschatten. Het verschil in motorvermogen tussen de Mercedes- en Honda-motor was dus in werkelijkheid ongeveer 8% aan het eind van het seizoen, wat iets lager is dan wat de uitkomsten van de regressie. Mogelijkerwijs was dit verschil in motorvermogen eerder in het seizoen groter, omdat Honda met een laatste update bijvoorbeeld al 20 pk won. Een andere verklaring voor het verschil is dat het McLaren-chassis nogal draggy was (van nature veel luchtweerstand opwekte), wat vooral de prestaties op snelle circuits niet ten goede kwam.

Ook voor Renault zien de trends er niet erg hoopgevend uit: het gat naar Mercedes is al die jaren nagenoeg gelijkgebleven. Dieptepunt was inderdaad 2015, toen de Fransen inderdaad in hun ontwikkeling leken te stagneren, al gold dat eveneens voor Mercedes. Inderdaad gingen de wagens in 2015, mede door de hardere banden, nauwelijks sneller dan het jaar ervoor, iets wat me destijds ook al opviel. In de jaren daarna zijn de snelheden enorm toegenomen. In 2016 kwam dat door zachtere banden en in 2017 door de bredere auto’s. In de onderstaande grafiek heb ik de snelheid van elk team per seizoen uitgezet tegen de kwaliteit van het chassis.

Gemiddelde snelheid per team uitgezet tegen de kwaliteit van het chassis. Referentieniveaus zijn het Haas-chassis van 2017 en de Haas van 2017 met een Honda-motor van 2017.

De grafiek laat een grote puntenwolk rond de oorsprong zien. Er zijn twee groepen met uitbijters. Linksonder staan de teams van Caterham en Marussia, de laatst overgebleven teams die in 2010 hun debuut mochten maken. Caterham ging eind 2014 failliet, terwijl Marussia in 2015 op het laatste moment een doorstart maakte. Ze hadden in de tussentijd al hun servers en computers verkocht, waardoor ze zonder enige referentie aan het seizoen begonnen met een onderontwikkelde auto, matige coureurs en dezelfde Ferrari-motor als het seizoen ervoor. Geen wonder dat ze nog trager waren dan het jaar ervoor.

In de rechterbovenhoek staan de teams die het afgelopen jaar domineerden: Mercedes, Ferrari en Red Bull. Het verschil met de overige teams was enorm. Dat had er ook mee te maken dat in de middenmoot de teams met de beste chassis de zwakste motoren hadden en omgekeerd. Volgens de analyse had de McLaren het beste chassis van die groep, al was het chassis wel minder dan dat van de topteams. Renault had het vijfde chassis, voor Toro Rosso en de Mercedes-klantenteams van Force India en Williams. Sauber en Haas hadden de slechtste chassis.

Volgens de analyse zou de staart van de middenmoot afgelopen seizoen ongeveer even snel zijn geweest als de Mercedes van 2016. Het doel om de Formule 1 sneller te maken is afgelopen seizoen dus maar ten dele gelukt. Gemiddeld waren de auto’s afgelopen seizoen 2,6% sneller dan in 2016, maar niet ieder team maakte evenveel progressie. Het in 2016 erbarmelijk presterende Renault was de grootste stijger met 3,7%, op de voet gevolgd door Ferrari met 3,4%. De kleinste stijging lieten Sauber (2%, vooral dankzij oude motor) en de middenmoters Williams (2,2%) en Force India (2,3%) zien. Het verklaart waarom het gat tussen de topteams en de rest is toegenomen. Het team van Force India was overigens wel verbijsterend efficiënt, zo lijkt het:

Gescoorde punten en snelheid per seizoen.

Te zien is dat de Formule 1 in 2016 en in 2017 een stuk sneller is geworden. Mercedes en Ferrari ontliepen elkaar weinig qua snelheid in 2017, maar desondanks pakte Mercedes beduidend meer punten. Red Bull was in alle opzichten duidelijk het derde team. Achter hen was Force India qua puntentotaal duidelijk het vierde team, ondanks dat Renault qua pure snelheid weinig voor hen onderdeed. In de race waren ze echter beduidend trager. Hetzelfde gold voor McLaren, dat eveneens minder punten scoorde dan wat op grond van hun snelheid verwacht mocht worden. De oranje bolides werden ook niet geholpen door de hardnekkige betrouwbaarheidsproblemen en de bijbehorende gridstraffen.

Wat brengt 2018?
De overstap van Honda naar Renault betekent dat McLaren de zwakste en onbetrouwbaarste motor inruilt voor de een-na-zwakste en een-na-onbetrouwbaarste motor. De vraag is of ze daar echt heel veel mee opschieten. De claim dat ze het beste chassis van de grid hadden, lijkt ook niet te kloppen. Zelfs met een betere motor waren ze hoogstens het derde of vierde team geweest. Een vierde plek bij de constructeurs lijkt een realistisch doel, want zonder de Honda-miljoenen is het niet aannemelijk dat ze dit seizoen wel ineens het beste chassis hebben.

Het betekent dat Red Bull waarschijnlijk het beste Renault-team blijft. Afgelopen jaren was het Red Bull-chassis steeds ongeveer even goed als het Mercedes-chassis. Als dat dit jaar ook het geval is, zal alles afhangen van de motor. Helaas heeft Renault de afgelopen jaren de grootste moeite gehad om het gat naar Mercedes te dichten, wat betekent dat Max Verstappen en Daniel Ricciardo komend seizoen in ieder geval op zaterdag nog altijd op achterstand worden gezet. Als Ferrari komend seizoen geen inzinking kent, zal het voor Red Bull moeilijk worden om de derde plaats van afgelopen seizoen te verbeteren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *