Spanning naast de baan
De spanning was enorm toen Renault zich op 21 september moest verantwoorden voor het opzettelijk laten crashen van Piquet, waardoor Alonso de race kon winnen. Piquet voelde zich een beetje als een naïeve lener die door een soort Dirk S. geïntimideerd werd en daardoor meewerkte aan het tamelijk opzichtige plan. Een jaar lang was het Renaults geheimpje, maar afgelopen zomer klapte Piquet toch uit de school. Reden? Hij werd ontslagen. Reden voor hem om de vuile was buiten te hangen. Renault zat opeens met de gebakken peren. Bibberend hoorde het Franse team in Parijs het vernietigende vonnis aan. 200 miljoen euro boete? Uit de Formule 1 gesmeten? Nee, ze kregen een voorwaardelijke straf, omdat ze zo “goed hadden meegewerkt”. Wel werden de bedenkers van het crashplan, Flavio B. en Pat S., uit de Formule 1 verbannen. Daar zullen weinig mensen een traan om hebben gelaten.
Opmerkelijk was het wel, want waren bijvoorbeeld McLaren en BAR in het verleden niet veel harder gestraft? Was het “World Motorsport Council” bang dat Renault anders per direct de formule 1 zou verlaten? Een andere reden lijkt er niet te zijn.
Typisch Nederlands
Voor Renault had het wel een nare consequentie: hoofdsponsor ING trok zich per direct terug. Na drie niet bijster succesvolle jaren, waarin slechts twee keer werd gewonnen, waarvan één verdachte zege, had het een goed moment gevonden om de geldverslindende sponsoring stop te zetten. Ja, ING is een echte vriend…
Singapore
De echte schermutselingen vonden dus weer eens naast de baan plaats. In Singapore won Luis de nachtrace haast met z’n ogen dicht. Nee, het nut van een nachtrace heb ik nooit zo begrepen. En dan rijd je ook nog eens op zo’n suffe baan, waar het enige opmerkelijke was dat de Force India’s niet vooraan reden. De race was dan ook maar een optocht, die slechts af en toe werd onderbroken door een botsing. En dan nog de hoeveelheid licht die nodig was… Ben benieuwd of iemand nog in een Jodenkoek is gestikt bij het zien van de stroomrekening.
Japan
Veel positiever was dan ook de stemming van de coureurs toen ze naar Japan afreisden. Voor de jonkies als Luis en Fattle was het de eerste kennismaking met Suzuka. De jochies keken hun ogen uit. Wat een gave baan! En dan te bedenken dat het Formule 1-circus de afgelopen twee (!) jaar op dat neppe circuit bij de Fuji-vulkaan neerstreek, zijnde de GP van Japan.
Helaas was ook nu het spektakel naast de baan te beleven. Het regende op vrijdag, wat al voor wat crashes zorgde. Op zaterdag was het helemaal raak, toen Glock zichzelf blesseerde door hard te crashen. De Duitser was de dag daarvoor al ziek geweest en raakte nu gewond aan zijn been. De veiligheid op Suzuka is helaas een beetje een zorgenkindje.
Ook Bümi vloog van de baan. Zijn crash zorgde voor de nodige straffen. Zo werd Alonso, die een magere twaalfde tijd liet noteren, vijf plekken teruggezet omdat hij niet genoeg van z’n gas was gegaan. Ironisch, want hij beweerde: “Volgens mij hebben veel rijders hun tijd op dat moment verbeterd. Ik ging van mijn gas af, maar anderen niet. We zullen zien wat er nog wordt besloten.”
Uiteindelijk bleken de jonkies het goed te doen, met een pole voor Fattle en een derde plek voor Luis. En wie was er tweede? Het was die ouwe Jarno Trulli. De man die altijd zo goed kwalificeert, maar in de race steeds inkakt, zoals Olav Mol dat constant maar moet herhalen. De geest van Flavio B. is blijkbaar nog steeds aanwezig. Overigens had Trulli een goed resultaat hard nodig: bij Toyota wilde men opeens een “topcoureur” aanstellen. Blijkbaar kennen de normaal zo bescheiden Japanners het spreekwoord niet dat je blij moet zijn met wat je hebt, want na Glocks tweede plaats in Singapore behaalde Trulli datzelfde resultaat. Fattle was te snel, maar Luis, die hem bij de start was gepasseerd, reed bijna hetzelfde tempo. Trulli bleef de hele race vlak achter Luis rijden en toen diens KERS de geest gaf, bleek de McLaren beduidend trager te zijn dan de Toyota. Na de laatste serie pitstops is Trulli tweede en dat blijft ‘ie ook, want het was Jaime A. die in de slotfase keihard van de baan tettert. Zodoende halen beide Toro Rosso’s de eindstreep niet. Erger nog: het team blijft zitten met een enorme kostenpost na weer een afgeschreven auto. Het team staat muurvast op de laatste plaats in het constructeurskampioenschap en gezien de snelheid van de bolides komt daar waarschijnlijk geen verandering in. Nee, Franz Tost is niet te benijden.
Terwijl Fattle onbedreigd over de finish raast, rijdt Mowk Webbah op de laatste plaats rond. Zijn race begon vanuit de pitsstraat en was eigenlijk al heel gauw voorbij, toen bleek dat zijn hoofdsteun niet vast zat. Een paar pitstops om de boel te repareren wierpen hem kansloos ver terug. Daarmee krijgt het seizoen voor Webbah een naar einde: kampioen kan ‘ie niet meer worden, maar wat erger is: zelfs de derde plaats in het kampioenschap is volledig uit het zicht verdwenen.
Ondertussen sprokkelde Button nog een puntje. Veel meer zat er niet in. Teamgenootje Barrichello loopt echter maar één puntje uit en zag tot overmaat van ramp Fattle weer dichterbij komen in het kampioenschap. Met zijn resultaat hield Fattle zijn titelkansen in ieder geval levend. Eindelijk was de wagen weer snel. Brawn beeft en trilt weer.