Top en flop
Het ONK te Dieren is weer voorbij. Vorige week dinsdag begon het “echte” toernooi (het zesrondige toernooi begon een dag eerder en de vierkampen begonnen na de rustdag) en gisteren werd het beëindigd. Winnaar van de hoofdgroep werd Erwin l’Ami, wat misschien niet verrassend was, maar juist dat was zo verrassend. De 24-jarige grootmeester won maar liefst 7 partijen. Hij verloor alleen van Anish Giri, die met 5 uit 5 begon. Daarna begon hij echter punten te verspelen, waardoor Erwin op de slotdag aan remise genoeg had voor de toernooiwinst. Spelend met wit speelde hij iets slaps en Jan Timman geloofde het wel.
Met 7 punten eindigden de eerdergenoemde Giri en Timman als tweede, samen met Roi Miedematig. De Brabander smaakte het genoegen om Giri een nederlaag te bezorgen en verkondigde grootmoedig dat hij een partij remise had laten worden om meer kans te hebben op een grootmeesternorm… En dat terwijl hij na een slecht verlopen HSG Open in eerste instantie niet mee zou doen.
Dat er geen normen werden gescoord, was het enige minpuntje. Behalve Le Roi had Large een toernooi gespeeld dat wel een vette norm waard was. Helaas had ook hij tegen te weinig buitenlanders gespeeld. Met 6½ punt eindigde hij gelijk met Daan Brandenburg en Spike. Large verloor maar een partij en won verder van drie grootmeesters: Andrey Vovk (krachtig prakpartijtje), Freezo Neighbour (kwam in tijdnood in slechte stelling) en Dimitri Reinderman (een mooie weerlegging van de Philidor). Met een TPR van 2596 moet hij zeker weten een GM-norm hebben gescoord.
Tegenover deze succesverhalen stonden natuurlijk ook wat mindere optredens. FM Henk bracht ons (Ewood en mij dus) iedere dag braaf naar Dieren en weer terug. Iedere dag namen we ons weer voor drie punten te scoren, maar telkens bleven de resultaten ver achter bij de verwachtingen. FM Henk deed het uiteindelijk nog het best met 5 punten. Hij verloor van de sterkere spelers en speelde vrij vaak remise tegen de zwakkeren, maar al met al viel het nog best mee. Ewood voelde zich niet helemaal top en scoorde uiteindelijk 50%. Hij had het genoegen in de eerste ronde tegen Anish te spelen. Daarna liet hij punten liggen (onder andere een punt tegen Erik Hoeksema), maar compenseerde hij dat weer een beetje met twee overwinningen in de laatste ronde.
Een van die overwinningen was namelijk tegen mij. Na bijna zes uur spelen verloor ik in waarschijnlijk een remisestelling alsnog. Tja… Mijn doel was eigenlijk om niet te verliezen, want anders is die lange reis voor niks geweest. Nou, u begrijpt natuurlijk al, dat werd een toernooi met veel nullen. Beginnen met drie nullen, waaronder op m’n verjaardag, dat hakt er wel in. Vergeleken dit leek de meesterklasse vorig jaar een peulenschil… Echt tevreden was ik dan ook niet over mijn onhandige beslissingen en mijn gemis aan tactische vaardigheden. Een gebrek aan nachtrust deed de rest. Gelukkig won ik nog drie partijen met de grootste moeite, waardoor ik niet in een klap mijn winst in het Pinkstertoernooi verspeelde.
Rating verspelen, dat deed Lenaard wel. Hij durfde niet mee te doen in de hoofdgroep, waardoor hij maar zijn toevlucht nam tot de A-groep. Daar begon hij al meteen met een nederlaag. Bij iedere overwinning lachte hij weer om het onbeholpen spel van de tegenstander, bij iedere nederlaag nam hij zichzelf op de hak. Met 5 uit 9 won hij geen prijzengeld.
Dat deed zijn vader wel. Een nederlaag in de slotronde kostte Pete lack of speed zelfs de toernooiwinst in de B-groep. Nu moest hij het doen met 55 euri; 295 minder dan zijn jongste zoon. Hij had er in ieder geval de smoor over in dat hij toernooiwinst, 95 euri en de 25 elopunten had verspeeld.
Inschrijvingen
Opmerkelijk was het aantal deelnemers. Het record van 2008 schijnt te zijn verbroken. Dat komt vast door de vele deelnemers in de open groep. Met 93 deelnemers waren er 20 deelnemers meer dan vorig jaar. Vreemd genoeg waren er toch te weinig buitenlanders… Het toernooi was dus een succes. Datzelfde werd gezegd van de nieuwe camping. De beheerders waren daar een stuk vriendelijker dan die knurft die we vroeger hadden. Een aanrader dus voor volgend jaar, hoewel je zo’n voetbalveld volgens Robin Oscar geen camping mag noemen:
“Een voetbalveld waar zo nu en dan een of andere dik [sic!] gast over heen reet [sic!] met z’n jeep.”
Maar dat is volgend jaar pas…
Resultaten
Tot slot nog m’n eigen resultaten:
1. S Soumya (2309) 0 -0,28
2. D van Leent (2140) 0 -0,51
3. T Laarhoven (2205) 0 -0,42
4. A Nicolai (2023) 1 +0,33
5. O van Veen (2269) ½ +0,17
6. B van der Velden (2216) 0 -0,40
7. L Zimmermann (2077) 1 +0,40
8. E de Groote (2235) 0 -0,37
9. T Ellenbroek (2008) 1 +0,31
Totaal: 3½ uit 9 tegen 2165. Overscore: -0,76; Nieuwe rating: 2128.
Het zal ons goed doen
Tijd om het maar eens over het ONK te Dieren te hebben, dat van 21 t/m 30 juli werd gespeeld. Anders dan vorig jaar zaten we niet op een camping in of bij Dieren, maar reden we iedere dag mee met FM Henk. Het leuke daarbij was dat ik voor het eerst in de hoofdgroep mocht meedoen. Al met al had BSG toch maar mooi vier spelers in die hoofdgroep: naast FM Henk, Ewood en ik deed ook Large mee. Lenaard voelde zich niet goed genoeg voor die hoofdgroep en zocht zijn heil maar in de A-groep, waar ik altijd speelde. Hij hoopte hier minder rating te verspelen (toch een rare reden om aan een toernooi mee te doen), hoewel dat natuurlijk veel makkelijker gaat in een lage groep.
Mijn deelname was lange tijd onzeker. Echt heel veel zin had ik niet in een toernooi, maar uiteindelijk besloot ik toch maar te gaan. Tja, over de heilzame krachten van schaken heb ik volgens mij weleens geschreven en na mijn successen in de meesterklasse en in het bijzonder tijdens het Pinkstertoernooi, vond ik dat ik ook wel wat mocht laten zien. Kon ik me ook nu handhaven in een sterk veld?
Ik bofte namelijk maar dat ze mij toelieten in een groep >2100, terwijl ik maar 2100 had. Het klinkt een beetje gek, maar doordat ik eigenlijk nooit tegen zwakkere tegenstanders speel, kan ik ze ook niet zo goed verslaan. Zo scoorde ik vorig jaar maar 6 uit 9 in de A-groep, net zoveel als in 2006. Daarom was ik blij dat ik het een keer in de hoogste groep mocht proberen. Dan hoorde ik er een beetje bij en was ik niet “die gast op de achterbank die in die lage groep meespeelt”.
Misschien dat ik door mijn late inschrijving vergat te betalen. Dat zou ik dan maar aan de zaal doen, wat overigens wel duurder is. Van al die flappen die ik tijdens m’n verjaardag kreeg, bleef zodoende weinig meer over… ?
Omdat we niet op het gebruikelijke voetbalveld konden kamperen, belde Ewood maar naar FM Henk of we mee konden rijden. Later bleek dat de organisatie een andere camping ter beschikking had gesteld. Ewood was er pas laat achtergekomen en omdat de oude lui op vakantie waren, ontbraken de tijd en de middelen om daar op het laatste moment naartoe te gaan.
Dinsdag 21 juli
Het was ochtend en slaperig kwam ik m’n bed uit om te ontbijten. Daarna ging ik maar m’n tas inpakken. Ewood had een tijd afgesproken met FM Henk. Ik haalde gauw wat croissants en stopte ze voldaan in m’n tas, bij de andere levensmiddelen. Ik had verwacht dat Henk ons wel effe zou ophalen, maar Ewood had ergens verderop afgesproken. Het was volgens hem een kwartiertje lopen, “maar het zal ons goed doen”, bitste hij. We liepen de straat uit en vervolgens gingen we de ene na de andere hoek om. Ik was benieuwd waar het nou was en de tijd begon te dringen. Uiteindelijk bleek Ewood te hebben afgesproken op het uiterste puntje van Bussum, bij de Kolonel Palmkazerne. Henk stond geduldig te wachten, ondanks dat we een minuut of vijf te laat waren.
Vervolgens gingen we naar Dieren. Een matige radiozender stond aan, maar daarnaast werd er niet heel veel gesproken. Ewood zat voorin en sprak nog het meest. Hij had ongeveer uitgerekend tegen wie hij zou spelen. Misschien wel tegen Robin Swinkels. Daar zag hij in ieder geval naar uit. Zelf had ik geen idee tegen wie ik zou spelen en dat boeide me eigenlijk ook niet. Doordat Vin$ op het laatste moment helaas afzegde, werd het deelnemersveld nog door elkaar gehusseld. Je nu druk maken over je komende tegenstander leek mij dan ook verspilde moeite.
FM Henk zou als enige van ons tegen een zwakkere tegenstander spelen. De verwachting was dan ook een beetje dat we waarschijnlijk een punt zouden scoren; een hogere score was mooi meegenomen.
We kwamen vroeg aan. Er stonden kennelijk geen files en daardoor hadden we nu veel tijd om ons in te schrijven. We liepen de speelzaal aan de achterkant in. De inschrijving was aan de andere kant van de zaal. Ik dokte een flink bedrag, waarna Ewood zich inschreef. Hij zei dat hij al had betaald, hoewel er geen vinkje achter zijn naam stond. Toch geloofden ze hem. Misschien een truc om volgend jaar toe te passen…
Het duurde niet lang of Le en La kwamen eraan. Na een tijdje beleefd doen begonnen de handjes te jeuken en zochten Large en Ewood een schaakbord op. Daar gingen ze tegen elkaar schaken. Zelf wilde ik ook wel even de zenuwen eruit schaken, maar Lenaard had er niet zo’n zin in. Ewood stelde uiteindelijk een klok in, waarna er een vreemde partij gespeeld werd (Lenaard speelde o.a. een pion terug.) Toen hij klaar was, ging Lenaard naar de winkel om een pak sap te kopen.
De eerste ronde
Het was inmiddels tijd voor de eerste ronde. Ik speelde tegen een Indiase WGM. Er waren overigens veel Indianen dit toernooi. Een dozijn, heb ik gelezen. Het aantal andere buitenlanders viel echter tegen. Die waren op de vingers van een hand wel te tellen.
Large speelde ookal tegen een Indiase. Hij klaagde dat hij zwart had, omdat ‘ie dan wit had tegen goeien. Ik vertelde hem maar dat het een gunstige loting was voor hem. Hij zou weleens een supertoernooi kunnen spelen…
Ewood speelde tegen Anish, het supertalent. Eigenlijk is hij vooral een handige rommelaar, hoewel hij steeds minder slechte partijen lijkt te spelen. Was Ewood daartegen bestand?
FM Henk kreeg zoals gezegd een “makkie”. Hij speelde met wit tegen Blaffie. Blaffie had Vin$ tijdens de eerste ronde van het Pinkstertoernooi op remise gehouden, maar dat zegt ook niet alles. Toch?
Zelf mocht ik een Schevedinger ontmantelen. Van die scherpste varianten heb ik weinig kaas gegeten, dus speelde ik het rustig. Daarbij deed ik een typische Jesperzet: 15. Tac1. Ik heb die zet nog nooit in het Siciliaans gezien, maar ik doe het wel telkens. De reden was dat zwart wat zware stukken op de c-lijn had, waardoor de dreiging …b4 met pionwinst in de lucht hing. Ik keek naar de zwarte stelling en ik zag mooi wat zwart allemaal kon doen: de manoeuvre …Pf6-d7 gevolgd door …Le7-f6 zag er geil uit. En wat te denken van …Pd7-c5? Zelf had ik een aantal dagen voor de partij een soortgelijke opening bestudeerd (gezien) en daardoor wist ik zelf ook een plan te bedenken. Desondanks kon ik niet voorkomen dat ik een beetje slechter kwam te staan. Toch leek er weinig aan de hand en na wat heen-en-weergeschuif dacht ik dat ze geen winstplan meer kon verzinnen. Dat was niet zo, want opeens had ze een subtiele dreiging door met …Lg4 de dame van m’n h-pion af te snijden. Gelukkig zag ik het aankomen, waarna ze opeens de stelling opengooide. Dat ging echter ten koste van haar eigen veiligheid:
We hadden de tijdcontrole gehaald en ik stond opeens beter. Ik deed het best slimme 43. Dd5+ om zwarts koning naar een slecht veld te lokken. Na 43… Kh8 had ik natuurlijk 44. Dd4+ kunnen proberen, waarna zwart wel in remise moet berusten. In plaats daarvan deed zwart 43… Kg7?! Nu voerde ik het geplande 44. Kh2 uit, waardoor zwart niet met schaak op e1 binnenkomt. Nu zou 44… De1? falen op 45. Db7+ en om niet mat te gaan moet zwart 45… Kf6 doen, wat volgens de computer nog net niet geforceerd mat is. Toch was 44. De4! nog sterker volgens de computer. Het eindspel na het praktisch gedwongen 44… De5+ 45. Dxe5 dxe5 46. Kg1 lijkt echter ook heel goed voor wit. Zwart probeerde wat pionnen af te ruilen op de damevleugel met 46… Tb8, waarna 47. Td6! a5 48. Ta6 a4 49. Ta7+! de zwarte koning terugdrijft en wit alle kansen geeft. Na het gespeelde 47. Td5 stond ik nog steeds erg goed, maar deed de zwarte koning opeens weer mee. Toch heeft wit zwart behoorlijk in de tang. Op zet 49 bood ze maar remise aan, maar dat vond ik vreemd, want zwart stond slecht. “Zwart kan niks, dus ook geen remise maken!” Ik ging dus rustig door met een winstpoging. Ik had bovendien veel meer tijd en zwart moest oppassen niet getruct te worden.
Het gevolg liet zich raden: zwarts koning werd actief en hoewel ik een pion won, werd het eindspel lastig. Mijn tijd slonk en ik kreeg ineens het vreselijke gevoel dat ik verloren stond. Dat viel nog wel mee, want de computer geeft nog steeds winstkansen voor wit, maar ik zag niet eens meer hoe ik remise kon maken en verloor… ?
Daardoor had ik een flinke kater overgehouden aan de partij. Steeds beter in de partij komen en toch verliezen… In de auto was de stemming dan ook niet best. Ewood was nog het meest te spreken over z’n partij. Hij had weliswaar verloren, maar het was nog een tijd lang spannend geweest. FM Henk stond goed tegen Blaffie, maar er ging wat verkeerd, waarna hij een toreneindspel met een pion minder mocht verdedigen… Dat lukte hem uiteraard wel, maar die ½ uit 3 voelde nogal loserig.
Van de BSG’ers kon alleen Large tevreden zijn. Hij won vrij gemakkelijk. Dat is toch wel zijn kracht: zwakke spelers in de pan hakken. Zijn broer verloor merkwaardig genoeg. Toen ik keek zag ik hem ineens een toreneindspel met een pion minder verdedigen…
Nee, na een lange terugrit nam ik me maar voor om het de volgende dag beter te doen. Thuis aangekomen bleken zowat alle grootmeesters remise te hebben gespeeld in de eerste ronde, wat betekende dat ik misschien wel tegen een grootmeester had kunnen spelen als ik die remise had aangenomen…
Woensdag 22 juli
Na een zure nederlaag in de eerste ronde was mijn doel om de tweede partij niet te verliezen. Ik speelde tegen Dimitri van Leent, een aardige FM, die in een grijs verleden wel eens bij BSG heeft gespeeld. Hoewel zijn rating niet meer FM-waardig is, is hij nog steeds gevaarlijk. Er willen nog wel eens geniepige trucjes uit zijn forse handen komen. Zijn zwakte leek de opening te zijn, wat ook in de eerste ronde van het toernooi bleek, toen hij vrij dik werd verpletterd. Met wit speelt hij vrij saaie varianten en ik besloot maar eens te kijken hoe ik een saaie remisestelling kon bereiken.
Ik was dan ook verrast toen hij, na een kwartier vertraging te hebben opgelopen, met 1.e4 opende. Dat had ik mooi niet verwacht… De partij begon zoals de partij H van den Berg – ondergetekende, waarin hij zo verstandig was 5.Pf3 te spelen. Nadat hij kort rokeerde deed ik maar 7… Lg4, maar blij was ik er niet mee. Ik kon de loper niet handhaven op de diagonaal d1-h5. Beter was daarom waarschijnlijk 7… Le6. Dimitri deed het rustiger aan en besloot later pas mijn loper weg te rammen. Ik vond dat ik slecht stond en dat deed me besluiten tot een soort zelfvernietiging:
Hier deed ik 25… c5, waarna ik verrast werd door 26.Pxg7! Pxg7 27.Dxf6. Nu had ik ook niet veel meer te hopen na 27… cxd4, hoewel wit niet meteen wint met 28.Lh6 Pe6 29.Pxd4, want dan komt 29… Dxb2 en zwart wint. 28.b4! haalt deze wending eruit, waarna wit gewonnen staat. Ik meende echter iets leuks te zien en deed 27… d5?! 28.Dxb6 Lxb6 29.Txa6 dxe4 30.Ph4 cxd4 31.Pxg6 hxg6 32.Txb6 d3. Ik dacht nu m’n stuk terug te winnen, maar de weerlegging is eenvoudig: 33.La4. Ik klooide nog wat door met 33… Te6 (33… d2 is nog kanslozer), maar tevergeefs.
Daarmee was ik de enige verliezer van ons groepje. Ewood hakte Rudy Bloemhard in de pan, FM Henk had weinig moeite met ene P. Uthra. Large hield Ali B. op remise na een spannende partij, terwijl Bernard zijn eerste resultaat van het toernooi scoorde: hij maakte remise!
Ondertussen waren Roelieboelie en Erwin l’Ami nog bezig. In de auto vertelt Ewood dat hij niet begrijpt waarom Erwin het Berlijns van stal haalt. “Met een andere opening kan hij toch ook winnen?!” Het eindspel staat echter beter voor de grootmeester. Zijn stukken staan actiever, maar desondanks lijkt Roelie de boel goed te kunnen afsluiten. Thuis aangekomen blijkt hij echter te hebben verloren…
Donderdag 23 juli
Ik wilde natuurlijk wel winnen op m’n verjaardag. Vandaag zou het toernooi eindelijk beginnen voor mij. Het is toch wat, 23 worden op de 23e. Dat overkomt je maar een keer in je leven. Een bijzondere dag dus en ik mocht tegen Thijs Laarhoven. Hij is van Ewoods leeftijd en ook wel van Ewoods niveau. Zijn beruchte openingswapen met zwart is het Scandinavisch. Nou, daar had ik me tot in de late uurtjes op voorbereid. Hij speelde de laatste tijd ook wel vaak Berlijns. Hij deed het in ieder geval tijdens het NK Internetschaak. Daar had ik dus ook even naar gekeken, maar ik verwachtte niet dat hij dat nu weer zou doen; zo goed kende hij die opening niet.
Het gevolg liet zich raden: hij speelde dus wel Berlijns. Dat betekende dat er weer een hoop voorbereiding de prullebak in werd gesmeten. Na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 Pf6 4.0-0 Pxe4 5.d4 Pd6 6.Lxc6 dxc6 7.dxe5 Pf5 8.Dxd8+ Kxd8 9.Pc3 deed hij het matige 9… Pe7?! Gek genoeg deed Woef dat ook al tegen Roelieboelie. Mij lijkt 9… h6 beter, want nu kon ik meteen 10.Pd4 doen. Nu deed hij het wel goed met 10… c5, wat beter is dan 10… Pg6? Ik deed 11.Pb3, de normale zet in mijn ogen, hoewel 11.Pf3 normaal schijnt te zijn. Dat ziet er niet logisch uit; wit wil ooit f2-f3 of f2-f4 doen. Een interessante suggestie lijkt me daarom ook 10.Lg5!?, eveneens profiterend van het achterwege laten van …h6 en tegelijkertijd worden de torens met elkaar verbonden, waardoor wit bijvoorbeeld met de a-toren schaak kan geven. Hoe dan ook, na 11… b6 12.Lg5 Le6 had ik een aardig initiatief. Ik verwachtte echter 12… Lf5, waarna ik 13.Tad1+ Kc8 14.Td2 wilde spelen, maar echt veel heb je niet. De computer kwam overigens met 13.Pd5!? Lxc2 14.Tad1 Lxd1 15.Txd1 en zwart moet weer een stuk inleveren. Een aardige truc. In de partij kreeg ik met 13.f4 g6 14.Tad1+ Kc8 toch wel behoorlijk voordeel. Een overwinning op m’n verjaardag, dat zou toch alle ellende van de eerdere ronden doen vergeten? Het probleem is alleen hoe wit zijn stelling verbetert. Zwarts paard komt via c6 in het spel en daar had ik weinig trek in. Ik deed daarom 15.Lxe7?!!? Lxe7 16.Pd5. Ik meende dat mijn paard in ieder geval een van die lopers waard was, waarna ik een lekker eindspel had. Ik verwachtte dat zwart de loper zou terugtrekken, waarna mijn paard kan worden weggeschopt. Hij deed echter 16…Te8?! en nu was slaan wel zo veilig. Als z’n plan was om m’n paard alsnog weg te schoppen, dan kon ik er natuurlijk ook nog even mee wachten, maar dat weet je nooit. Ik deed echter 17.c4? en dat werd m’n ondergang na 17… c6 18.Pxe7+ Txe7 19.Pd2 Kc7 20.b3 Td7 21.Pe4 Td4 22.Txd4 cxd4 23.Td1 c5. Tja… Het zag er link uit: zwart heeft een gedekte vrijpion en hij kan nog proberen de damevleugel af te breken. Zeker met die witveldige loper die hij nog heeft. Ik deed dan ook 24.Pg5 om het ding af te ruilen. Er kwam 24…h5!?! en nu had ik nog even rustig 25.Kf2 moeten doen. Ik sloeg echter meteen op e6 en verloor kansloos. ?
Wat een dag. Twijfel ik teveel of ben ik uit vorm? Het leek in ieder geval nergens naar wat ik liet zien. Mijn reisgenoten lieten ook niet veel zien. FM Henk verloor van een sterk gespeelde Sweshnikov van Dimitri Reinderman, Ewood stond de hele partij beter, maar kwam niet verder dan remise tegen Peter Ypma.
Nee, terwijl wij ons met een rood hoofd strategisch terugtrokken, zagen we Large zwoegen tegen Tabak Bondivar. Het zag er niet fijn voor ‘m uit, maar uiteindelijk wist hij nog een vrij eenvoudige remise te pakken. Lennard won zijn eerste partij van een of andere Afghaan. Lachend liet hij zien hoe hij steeds verder werd weggedrukt, maar na een “wat minder handige zet” van wit was het ineens uit.
Zelf had ik weinig zin om m’n verjaardag nog te vieren. Ik wilde gauw naar bed, maar toen bleken m’n grootouders er ineens nog te zijn. Kon ik nog wat foto’s maken en taart vreten, maar echt jarig voelde ik me niet.
Vrijdag 24 juli
Na drie nederlagen werd ik ingedeeld tegen Amir Nicolai, de zwakste deelnemer in de poule. Hij deed mee aan het Nederlands Jeugdkampioenschap, waar hij dan ook ergens achterin eindigde. Ik speelde met zwart en ik werkte me dan ook in het zweet om de opening zo goed mogelijk te kunnen spelen. Gesteund door een groot aantal ideeën die ik had aangetroffen in de partijen, ging ik proberen van die verdraaide nul af te komen. Ik wilde per se winnen.
Ewood speelde tegen Hendrik Pieter of Pieter Hendrik Hoeksema. In de auto werden de herinneringen opgehaald over de rots van Buffalo of zo. FM Henk wist aan de lopende band partijen op te noemen tegen deze meester. Interessant was die keer dat hij het had over tegen wie hij het vaakst had gespeeld. Hij schatte het aantal duels met Tom de Ruiter op vierenvijftig of zo, iets meer dan Coen, want die kwam hij niet tegen op toernooien… Henk mocht tegen Tobias Kabos, ofwel GRIM REAPER. Daar kon ik natuurlijk wel wat over vertellen…
Aan de hogere borden waren enkele leuke duels te bewonderen, zoals Anish – L’Ami en Timman – Vovk. En wat te denken van Reinderman – Vis-ser? In de subtop speelde Large tegen Roelieboelie. Toen ik bij de stand keek, groette hij me. Ik was nogal blij, want ik zei: “Hoi Roelie!”, waarop hij vroeg: “Hoe noemde je mij?” Daarna heb ik hem dan ook niet meer gesproken…
Het werd tijd om maar een potje te gaan schaken. Nadat er weer een aantal prijzen was weggegeven, konden we eindelijk beginnen. En eindelijk verliep er een keer iets volgens plan. Ik kreeg mooi de opening voorgeschoteld die ik had verwacht. Toch vond ik het lastig om een gedwongen een gambiet te moeten spelen. Voor mij is 3… Pf6 sterker dan 3… Lc5 na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4. Het jammere is dat wit op pionwinst uit kan gaan, maar de vele tempoverliezen maken dit toch wel verdacht. In ieder geval kreeg ik winstkansen en daar was ik ook blij mee.
Als een tijger moest ik loeren op foutjes bij de tegenstander. Enigszins in de hand gewerkt door de slechte stand van de stukken, gebeurde dit dan ook. Met 14.f4? gaf hij meteen een pion weg, waarna de koning ook meteen op de tocht stond. Vervolgens ging het heel soepel:
Wit had 18.Dg4? gespeeld, waarna ik met 18… Te6 m’n toren had geactiveerd. Na 19.Kh1 Pxb3 20.axb3? Dxc2 21.Lxf4 Tg6 22.Df3 Lxf4 dacht ik al het punt binnen te hebben. Wit had echter nog 23.Tf2!, maar na 23… Dxb3 24.Dxf4 Tf6 25.Dg3 Txf2 26.Dxf2 Dxd3 27.Txa7 De4+ 28.Kg1 Db1+ 29.Df1 Dxf1+ was het gedaan met hem. Interessant was overigens nog 19… Dxc2!?, wat ik had verworpen vanwege 20.Pxa5 Te2 21.d4. Zwart kan op h2 slaan, maar het is geen mat. 21… Txh2+ 22.Kg1 Te8! wint echter in alle varianten (de computer geeft -13 of zo.) Ook geen succes is 21.Pb3 vanwege 21… Txb3 22.axb3 Txh2+ 23.Kg1 Lc5+. Dat betekent dat wit het paard niet kan slaan, waardoor we kunnen concluderen dat 19… Dxc2 objectief gezien iets sterker was dan 19… Pxb3. Overigens geeft de computer na 20.Pxa5 het moordende 20… f3.
Na dit korte partijtje gingen we maar wat analyseren. Ik zag niet echt veel, maar desondanks was zwart vaak de bovenliggende partij. Uiteindelijk kon wit het in de analyse net remise maken. De sessie liep op zijn einde en we gingen ieder onze eigen weg. Aardige gast hoor, die Amir. Voor Ewoods partij hoefde ik overigens niet ver te lopen: hij zat naast me te analyseren met Lenaard, die zowaar had gewonnen. Dat had Ewood niet gedaan. Hij had een winnende aanval, maar in plaats van het winnende Pe4 deed hij Pd5. Zwart offerde z’n dame en ging niet mat. In het vervolg hapten wits stukken naar adem en verloor Ewood. Pijnlijk!
FM Henk stond een pion voor, maar koos daarna niet de beste zetten, waardoor de partij in remise verzandde. Zodoende bleef de score steken op 50 procent, waar we niet echt blij mee waren.
Voor Large begon het toernooi er goed uit te zien. Roelieboelie mopperde dat hij vanuit een goede stelling had verloren. Large had nu mooi 3 uit 4 en zou in het vervolg alleen nog maar grootmeesters tegenkomen. De eerste was Y-ge Vis-ser.
Zaterdag 25 juli
Op deze dag mocht ik tegen de FM van Veen, een creatieve hakker. Gek genoeg speelde hij wel het positionele 1.e4 e5 en ik hoopte hem er rustig af te ruilen. Ik zag in de database hoe de reus op lemen voeten de “huilvariant” behandelde en ik had daar wel het nodige op voorbereid. Helaas had ik amper data uit het toernooi, omdat alleen de hoogste 25 borden werden ingeklopt. En daar betaal je dan 75 euri aan inschrijfgeld voor… Het gevolg was in ieder geval dat hij al gauw afweek en zo kwam ik in dezelfde stelling als tegen Roelieboelie op het Pinkstertoernooi… Ik deed maar wat slaps en we kregen een partij die het aanzien nauwelijks waard was. Ik kwam al gauw raar te staan, maar zijn “minderheidsaanval” met g5 en h5 leverde hem alleen maar een zwakte op. Beide partijen hadden elkaar in de houdgreep en al gauw bood ik maar remise aan, wat stilletjes werd geaccepteerd. Ach ja, een remise is wel netjes, wetende dat Harmen Jonkman ook maar één remise behaalde in zijn witpartijen tegen deze tegenstander…
Ewood was optimistisch: hij speelde tegen iemand die met wit altijd verloor. In Leiden of zo had ze al een lading nullen gescoord en die reeks liep ook nu nog door. En laat Ewood dan net degene zijn die niet van haar kon winnen… Het gesloten Siciliaans leverde hem weinig kansen op om echt voor de winst te gaan. Opmerkelijk…
FM Henk speelde een opmerkelijke partij tegen Eugene Riaan d’or. Hij leek erg goed te staan, maar toen hij een paar schaakjes gaf, liep zwarts koning naar het strijdtoneel toe en veranderde de monarch van een doelwit in een active fightingunit. Henk had niet de gelukkigste hand in de partij, want in plaats van een stelling met een pluspion te gaan melken, liet hij zwarts d-pion in leven en moest hij zelf maar remise zien te maken. Daarin slaagde hij wel, waar hij zowaar nog blij mee was.
Large was nog aan het zwoegen tegen Y-ge. Veel begreep ik niet van de partij. Ondanks dat Y-ge een pion wegblunderde, speelde hij in het vervolg doodleuk op de winst. Large had een heleboel zwakke pionnen, maar het materiaal dunde uit en op zijn tandvlees hield hij het remise. Daardoor kreeg hij zowaar een compliment naar zijn kop geslingerd. Dat was niet weggelegd voor Robin Swinkels, die later in het toernooi verloor en minder positief in het nieuws kwam op Y-ges rommel-site. Ach, om te worden afgebrand door Y-ge hoef je allang niet meer Monique Stam te heten.
In de A-groep verloor Lenaart na twee overwinningen. Hij kan er inderdaad niet veel meer van de laatste tijd…
De tussenstand na vijf ronden was als volgt:
1. Anish 5
14. Large 3½
53. FM Henk 2½
59. Ewood 2
82. Behirder 1½
93. T Ellenbroek ½
En in de A:
57. Lennard 2½
Het toernooi was halverwege; tijd voor een rustdag!
Einde in zicht
Erg goed was “Dieren” tot dusver niet voor mij verlopen, maar ik had de stijgende lijn enigszins te pakken. Waar veel jeugdspelers in het toernooi uitblonken, deden wij dat niet. Ewood, toch iemand waar je iets van zou verwachten, had veel moeite met winnen, terwijl het verliezen hem makkelijker afging. Hetzelfde gold voor Henk. Tegen de op papier zwakkere jeugdspelers kwam hij niet verder dan remise, tegen Reinderman werd hij probleemloos van het bord gezet. En wat te denken van Lenaard, die in een voor hem lage groep slechts in de middenmoot stond? Gelukkig deed Large het dan wel goed. Na een eenvoudige overwinning in de eerste ronde speelde hij drie keer remise tegen (wat) sterkere spelers en won hij bovendien nog een partijtje. Hij kon op zijn rustdag nagenieten van zijn toernooi, voor mij was het een welkome onderbreking van het toernooi…
Ster van het toernooi was Anish, die eerst Erwin l’Ami in een iets betere stelling van het bord schoof. Het leek wel alsof Erwin achter de witte stukken zat, zo soepel ging het. Vervolgens moest HSG-maatje Freezo het 15-jarige schaaktalent afstoppen. Ook dat lukte niet. In een Siciliaan was zwarts aanval sneller. Zodoende had de jongste grootmeester ter wereld als enige nog de volle 100 procent gescoord en werd hij geïnterviewd. Zelf keek ik nog een beetje mee bij de analyse, ik was immers toch snel klaar.
Zondag 26 juli
Op de rustdag was het mOnStErTjE jarig. Ik feliciteerde haar maar met een e-mailtje. De rest van de dag heb ik weinig schokkends gedaan, behalve dan het voorbereiden op Bram of Squares.
Maandag 27 juli
Relaxed zat Large bij zijn bord. Hij zat vlak bij de omheining, die het speelveld van de open groep afscheidde van het gangpad. Hier zou hij spelen tegen zo’n Vovk, een buitenlandse grootmeester van zijn leeftijd. Hij had er zo te zien wel zin in.
Ewood wilde ook wel eens winnen. Hij had wit tegen Koen Lambrechts en hoopte er maar het beste van. FM Henk speelde tegen Danny de Ruiter. Ook hij had wel eens zin in een puntje, maar met zwart blijkt dat toch lastig te zijn. Zelf speelde ik tegen Bram van der Velden, een ex-jeugdspeler die enkele jaren geleden ernstig ziek was. Hij speelt met wit meestal 1.d4, wat lekker scoort tegen jeugdspelers. In 2005 verloor ik al van hem en ik wilde dat niet nog een keer laten gebeuren.
Ik speelde dan ook een beetje een remisevariant, namelijk 1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.Dc2 d5 5.cxd5 Dxd5 6.Pf3 Df5. Wit ontweek dameruil met 7.Db3, maar dan heb je ook niet echt veel met wit. Na 7… Pc6 8.h3!? speelde hij hetzelfde idee als in de partij Anand – Kramnik. Gerichte studie van die partij had me deugd gedaan, want ik speelde niet op m’n best verder. Ik voelde me al een beetje een Kramnik en alleen dat al beviel me niet. Aanvankelijk maakte ik me nog weinig zorgen, want ik zou het niet als een Kramnik spelen, maar hij ook niet als een Anand. Ik besloot echter iets actiefs te doen met 8… Pe4?!, maar toen dat werd opgevangen stond ik opeens een tik minder. Misschien was de boel te verdedigen, maar dan moet je niet dit doen:
Wit heeft zojuist 23.Thc2 gedaan, om een keer c4-c5 te kunnen doorzetten. Dat had ook meteen wel gekund: 23.c5 a5 24.Ld2! dxc5 25.Lf4 cxd4 26.Lb5+ Kd8 27.Td1!, om maar iets te noemen. De torens staan erg kwetsbaar. Na een zet als 23… Pe8 had ik me misschien nog kunnen verdedigen, na 23… La6? verloor ik een kostbare pion. 🙁 Om het nog erger te maken gaf ik meteen daarna nog een kwaliteit weg door een vorkje te missen. Hoe uit vorm kun je zijn?
Ondertussen had Large die Vovk keihard in de pan gehakt. In het Siciliaans kon hij gebruikmaken van een paardoffer op d5. Ik heb geen idee of dat wit goede compensatie voor het stuk moet geven, of dat wit het stuk geforceerd kan terugwinnen, of dat het dan al volledig uit is. In de praktijk scoort wit er in ieder geval goed mee. Een aardige partij is Robin Oscar – Grisha Kodentsov, waar Bobbin zijn derde IM-norm scoorde. Kodentsov is een rasaanvaller, dus waarom hij dan zo’n offer moest toelaten begrijp ik niet. Tijdens dit toernooi zag ik hem een partij analyseren tegen Roi Miedema. Hij had FM Toptalent met zwart volledig in de touwen, maar een wanhopige tegenaanval resulteerde opeens in mat. Later hoorde ik hem zeggen dat hij vooral tegen de zwakkere tegenstanders punten liet liggen…
Hoe dan ook, Large had fraaie compensatie en toen zwart een paar matige zetten deed, werd hij keihard toegetakeld. Trillend als een rietje wachtte de jonge grootmeester op de mokerslagen die zouden worden uitgedeeld. Dat was Larges eerste grootmeesterscalp!
Niet lang daarna zag ik de partij in een analyse staan. Inmiddels heeft de partij ook al zijn weg naar de databases gevonden.
Behalve mijn nederlaag voelden de remises van FM Henk en Ewood ook als een nederlaag. FM Henk kreeg eigenlijk nergens een poot aan de grond en berustte na 34 zetten in remise. Ewood was langer bezig. Veel langer. Hij had ergens kunnen winnen, zo vertelde hij, maar hij speelde een andere zet, waarna zwart opeens een acceptabele verdediging had. Hoewel Koen L. het niet altijd even handig verdedigde (hij offerde een pion, hoewel dat niet nodig was), was Ewoods voordeel nog te klein om te winnen. Beter zijn, maar niet winnen, het begon een vervelend verhaal te worden.
Dinsdag 28 juli
De laatste kans om er nog wat van te maken dit toernooi: ik speelde met wit tegen Luc Zimmermann, een tamelijk zwakke deelnemer. Hij had de ronde daarvoor een remise gered tegen Wouter Roggeveen uit een hopeloze stelling: met nog vier seconden op de klok en een stuk minder was er natuurlijk weinig hoop meer, maar toen laatstgenoemde besloot wat schaakjes te geven in plaats van een toren te redden, kwakte wit zijn toren tussen de schaakgevende dame en stonden er opeens twee stukken in. Het ging meteen gepaard met een remiseaanbod, wat teleurgesteld werd aangenomen.
Jammer genoeg kon ik geen partijen van hem vinden van het toernooi. In mijn database vond ik wat partijen uit 1999, dus besloot ik me daar maar op voor te bereiden. Zowel tegen het Spaans als het Frans had ik wat moois voorbereid. Blijkt die “Timmermans” (Mijn pa zei tijdens het eten: “Jij speelt tegen die Timmermans!” Ah, Mark Timmermans, daar had ik in 2005 tijdens de JCC tegen gespeeld. Dat zou geen gemakkelijke tegenstander worden…) opeens 1… c5 te spelen… Dan maar Najdorf met 6.a4, hoewel dat niet zo veelbelovend is, maar je moet wat. Hij speelde het vervolgens slecht, want hij gaf me een enorm goede stelling. Desondanks bood hij op zet dertien remise aan, maar dat wilde ik natuurlijk niet.
Hier deed ik 15.Ph4, profiterend van de penning van de f-pion. Zwart kan met 15… Pxe4 16.Pxe4 Lxh4 17.Pxd6 zijn zwakke d-pion ruilen, maar door de penning op de d-lijn blijft hij slecht staan. Er volgde echter 15… Pc5 16. Lxc5 Txc5 17.Pf5 Te8 18.Pd5!? Pxd5 19.Txd5 Txd5?! 20.Dxd5 en ik had eigenlijk alles wat een schaker zich maar kan wensen: een mooi paard tegen een zwakke loper en ook nog eens veel zwakke pionnen bij zwart.
Het winnen van zo’n stelling is echter een ander verhaal, want hoe forceer je ergens een doorgang? Mijn tegenstander was bovendien in tijdnood, dus dacht ik dat de grootste kans van slagen was als ik in zijn tijdnood de stelling ging open rammen. Nou, echt succesvol was mijn plan niet, want dit was de stelling na de veertigste zet:
De situatie was niet verbeterd en bovendien had m’n tegenstander er weer een uur bij gekregen. Het eindspel na 41.Dxe5 dxe5 leek me nog steeds gunstig: 42.Pc3 Le7 43.Td7 Lf8 44.Pd5 Tc6. Maar hoe win je dat nou? Ik zag dat zwarts loper ondertussen ook weer actief kon worden; er staat geen obstakel meer op d6. Nu kon het ding naar c5, waarna ik het niet meer zo zonnig inzag. Waarschijnlijk was hier 45.Te7 f6 nog steeds prima, maar ik koos 45.Pe7+? Lxe7 46.Txe7. Dit eindspel leek me nog ietsjes beter voor mij, zeker na 46… f6. Helaas is 46… Tc5 ook nog mogelijk, waarna het nog steeds niet makkelijk te winnen is. Zwart deed echter 46… Te6!?
Eerst geloof je niet in zo’n zet. Wit hoort makkelijk te winnen na 47.Txe6 fxe6 48.Kg2 Kf7 49.Kf2 Ke7 50.Ke3 Kd6 51.Kd3 Kc5 52.Kc3 en 53.b4 komt. Maar zwart heeft beter: 51… Kc6! 52.Kc3 Kc5. Nu zag ik het pionoffer 53.b4+ axb4+ 54.Kb3, maar dan maakt opeens 54… Kd4! remise. Dat was wel een schok. We hebben dus een lesje “corresponderende velden”: b2, c2, d2 en d3 corresponderen met zwarts c6 en d6. Wit kan zwart niet in verlegenheid brengen: remise!
Daarom deed ik maar 47.Ta7, maar was de winst ver weg. Ik probeerde nog een beetje een alles-of-niets-poging:
Hier is 58.Kf2 natuurlijk remise, dus deed ik het gewaagde 58.Kd2!? Txg3 59.Kc2 Ta3 60.Kb2 Ta5 61.Kb3 f6!? Hier lijkt 61… f5 logischer, maar zwart heeft denk ik goed gezien dat de g- en h-pion gevaarlijker zijn dan de e- en f-pion. 62.Kb4 Ta1 63.Kb5 g5 64.hxg5 fxg5 65.Te6. Objectief gezien staat zwart misschien beter, maar echt heel hard lopen zijn pionnen niet door. Ik meende altijd nog remise te kunnen maken. Dat had zwart ook kunnen doen.
Hier deed zwart 73… h2, wat op een winstpoging lijkt. Na 74.e5 moest hij echter remise houden met 74… Tb1+. Na 74… Kg2? 75.e6 won ik alsnog: 75… h1D 76.Txh1 Kxh1 77.e7 eindelijk! 77… g3 78.e8D Txa7 en gelijk opgegeven. De winst is niet moeilijk meer.
Daar had ik voor gevochten… Pas om zeven uur konden we weer naar huis. FM Henk en Ewood hadden allebei het slot gezien en kwamen te pas en te onpas met versterkingen van het spel van beide partijen. Zelf had ik er geen moeite mee als zwart uiteindelijk de remise had gevonden. Ik had immers alles geprobeerd.
Dat zullen Henk en Ewood ook wel hebben gedaan. FM Henk won knap van Dimitri van Leent, terwijl Ewood, ziek en half onder narcose door de pijnstillers, vrij hard verloor van een Indiaas meisje. Zij sloot het toernooi echter prima af met nog twee overwinningen op David Klein en Marijn Otte. Helemaal beduusd kwamen de twee jongens elkaar tegen. Zelden waren ze zo hard van het bord gezet.
Na afloop was Ewood erg kortaf. Ik was benieuwd naar welke opening hij op het bord had getoverd, waarna hij snauwde dat het “open Spaans” was. Opmerkelijk, want zwart was lang gerokeerd… We gingen maar eten, waarna ik me nog wilde voorbereiden om de volgende tegenstander van het bord te vegen. Toen kwam de aap uit de mouw: ik speelde tegen Ewood…
Twee scalpen in twee dagen
Door al dit geweld zou ik bijna nog Larges zege op Freezo vergeten. Freezo was in tijdnood en tot overmaat van ramp had hij zijn eigen koningsstelling volledig opgeblazen. Voor Large was het een koud kunstje om de scherven bij elkaar te vegen, waarna hij opnieuw een puntje mocht laten bijschrijven… Als je eenmaal in een flow zit, dan lukt opeens alles, had ik het idee.
Familieduel
Hoewel ik er al eerder rekening mee had gehouden, was ik dan nu toch aan Ewood gekoppeld. Een familieduel. Meestal liep dat dan uit op een snelle remise en ik verwachtte dat Ewood, die zich immers niet lekker voelde, daar ook gauw op zou aansturen. Omdat we allebei vroeg wilden slapen, gingen we onvoorbereid de partij in. Het was de enige avond waarin ik goed sliep…
Terugval Giri
De stand aan kop was interessant, want Anish had tweemaal remise gespeeld, terwijl Erwin de Vriend tweemaal won. Zodoende had Erwin de schade uit het onderlinge duel weggespeeld en moesten de overige deelnemers bepalen wie er zou winnen. Anish mocht met wit tegen Roi M., terwijl Erwin een andere ouwe bekende tegenkwam: Y-ge Vis-ser. Dat kon dus leuk worden.
Large speelde tegen de vierde grootmeester op rij: hij mocht tegen niemand minder dan Jan Timman, die in zijn jonge jaren als wereldtopper door het leven ging, maar sindsdien ver is weggezakt. Toch maakte hij met vlagen indruk in dit redelijk sterke deelnemersveld.
Woensdag 29 juli
Het was een mooie dag en redelijk uitgerust werd ik wakker. We liepen via de Attent naar het ophaalpunt toe. Ik probeerde subtiel te vragen naar Ewoods intenties. Zijn antwoord was duidelijk: hij wilde winnen. Hmm… Dat was nog niet zo’n probleem als ik zijn repertoire net zo goed kende als hij dat van mij. Dat is al jaren een probleem en nu Ewood een schaakjaar achter de rug heeft, zal het alleen nog maar erger geworden zijn.
In de toernooizaal aangekomen, werd ik verwelkomd door PJF. Ook de rooie was komen kijken. Ze hadden de beste dag uitgekozen, want zo’n familieduel komt natuurlijk niet vaak voor, al speelde vorig jaar La tegen Le. Het broederduel was een fraai affiche. Ik vond het wel een foto waard. Had ik in ieder geval niet voor niets m’n camera meegenomen.
Vooraf was ik benieuwd of Ewood het krachtige 1.e4 zou spelen, of dat hij zou terugvallen op het positionele 1.Pf3, waar ik ook geen geweldig antwoord op heb. Ewood deed in ieder geval 1.e4. Large, ook zo’n twijfelaar, deed echter 1.Pf3, hopend op een positioneel partijtje.
Ik deed maar m’n zetjes, maar echt veel trek had ik niet in dat gedoe met 6.De2, dus ging ik voor het Open Spaans. Het was een beetje de straf die Ewood kreeg voor het niet-spelen van 5.De2. Niet dat ik het open Spaans ken, maar ik verloor liever een originele partij dan dat ik op routine van het bord werd geschoven. Na afloop deelde Ewood me doodleuk mee dat hij 6.De2 toch niet van plan was…
Ik probeerde wat logische zetten te doen, maar echt goed waren ze niet. Ik wilde die loper op b3 wel ruilen, maar dat wordt denk ik vaker met het paard op e4 gedaan dan met dat ding op c6. Wit kreeg een prima stelling, maar voor m’n gevoel speelde Ewood het niet helemaal goed uit. Hieronder een aantal fragmenten:
Hier speelde Ewood opeens 22.f5!? Ik zag de pointe niet en deed maar 22… Dxf5 23.Pd4. Okee, 23… Dxe5 24.Pc6 kost een kwaliteit, al heb ik twee pionnen. Ook heb ik een mooi paard, maar toch vertrouwde ik het niet. Ik deed daarom maar 23… Dd7, waarna opeens 24.Txf7 kwam. Overigens leek het subtiele 24.Lh6 ook gevaarlijk; de koning komt nooit meer weg. Het beste was nu waarschijnlijk nog 24… Kxf7 25.e6+ Dxe6 26.Pxe6 Kxe6, hoewel wit dan na 27.Txd5! in het voordeel blijft. Ik deed echter 24… c5? 25.e6 Dd6. Nog erger is 25… Db7 vanwege 26.Lg5! Pxg5 27.Txh7! Txh7 28.Dxg6+. Ik betwijfel of Ewood zoiets had gevonden, maar dan was ik wel de pineut geweest. Nu stond ik overigens eveneens verloren na 26.Pxb5 Dxe6 27.Pc7+ Kxf7 28.Pxe6 Kxe6. Dezelfde stelling als eerst, maar nu heeft zwart een pion minder. Na 29.c4 ging ik een zware middag tegemoet.
Desondanks overleefde ik dit en wist ik nog het volgende eindspel te bereiken:
Wit had zojuist m’n laatste pion geruild, maar ik dacht dat ik deze stelling nog wel op remise kon houden als ik de g-pion maar bleef blokkeren. Met behulp van een eindspeldatabase heb ik de stelling onderzocht. Deze stelling blijkt al kritiek te zijn: na het gespeelde 51… Td7? is de stelling theoretisch verloren voor zwart. De winstvoering bij correct spel aan beide zijden is echter nog steeds extreem lastig, net als de juiste verdediging. De juiste verdediging is door de pion al op g5 te stoppen. Na 51… Tf5+ 52.Ke2 Te5+ 53.Kd3 Lc5 54.g4 Le7! houdt zwart de pion op tijd tegen. Na 55.Dh1+ Kd6 56.Da1 Lg5 57.Da6+ Kd5! is het remise.
Ik meende dat ook dit nog wel remise was, maar bij extreem goed spel van beide partijen kan wit het winnen. In de partij kreeg Ewood zijn pion op g6 en liep hij met zijn koning zo ver mogelijk naar voren. Ik dacht alles nog onder controle te hebben, totdat zijn koning op f5 stond en ik bijna pat stond:
Dit was het begin van het eind. De koning krijgt nu alle ruimte en dan wordt het oppassen. Desondanks had ik nog steeds hardnekkig kunnen verdedigen door met de koning de hoek in te lopen; De opstelling Ka7, Tb7 blijkt nog erg lastig te kraken. Ook nu is er een hele smalle winstweg voor wit. In de partij was de winstweg veel breder en werd ik na 88 zetten matgezet op h7.
Na de partij kreeg ik alle lof van PJF, die vond dat ik Ewood goed partij had geboden. Het was me bijna gelukt om hem op remise te houden. Ewoods humeur was ook meteen een stuk beter. Ik was nog blij dat het een gevecht was geweest, waarin ik uiteindelijk toch aan de verkeerde kant van de score zat.
Datzelfde overkwam Large. Hij kreeg al gauw een dubbele c-pion en tegen een speler als Timman heb je dan weinig meer te hopen. Bovenin werden de kaarten geschud: Erwin l’Ami profiteerde van een ongelooflijke onoplettendheid van Y-ge Vis-ser en won een stuk; Y-ge besloot daarom maar z’n dame te offeren, maar tevergeefs. Anish offerde uit de losse pols een pion tegen Miedema, maar kreeg nergens compensatie en offerde zichzelf leeg. Tot overmaat van ramp verloor FM Henk ook nog. Hij was vooraf optimistisch: “We gaan vandaag in ieder geval één punt scoren”, maar daar bleef het dan ook bij. Tegen Robin Swinkels had hij geen kans.
Donderdag 30 juli
Het toernooi zat er bijna op! Nadat onze missie om nog even 3 uit 3 te scoren in de laatste ronden was mislukt, wilden we dat vandaag doen. En het was zeker mogelijk. FM Henk speelde tegen Enrico Blees, Ewood speelde tegen Menno Monsma en ik speelde tegen Ton Ellenbroek, die in de databases met een vorstelijke 2300-rating begon, maar inmiddels heel ver is teruggevallen. Meestal speelde hij 1.d4 en stond hij al heel gauw heel slecht. Daar moest ik dan maar van winnen… Jammer genoeg kon ik maar weinig partijen van ‘m vinden, maar dat is de straf als je zo laag speelt.
Large had een aansprekende tegenstander: hij speelde tegen Dimitri Reinderman. De bijna 37-jarige grootmeester toverde een Philidor op het bord, dezelfde opening als waarmee hij met gemak had gewonnen van Vin$ en Roelieboelie. Large was gewaarschuwd.
Dat was ik niet. Onaangekondigd opende mijn tegenstander opeens met 1.e4. Ik was aanvankelijk ook niet zo blij dat ik weer zwart had en nu baalde ik weer. Zeker omdat ik in een slappe variant kwam waar ik weinig van kende. Ik speelde daarom maar een beetje raar en kwam slecht te staan. Gelukkig voor me speelde hij het daarna ook wat laks en leek de stelling weer ongeveer in evenwicht:
Ik was hier niet helemaal op m’n gemak. Allereerst vertrouwde ik het eindspel na 28.Txa6 niet helemaal, ook verwachtte ik dat wit eerst rustig zijn koning naar de damevleugel zou halen. Ik had namelijk geen goed plan: 28… a5 wordt bijvoorbeeld weerlegd door 29.Lc1! 28.Lc1! was dan ook een prima zet voor wit. Zwart moet a6 dekken, maar comfortabel staat hij dan niet. Nee, het blijkt dat wits b-pion minder zwak is dan zwarts a-pion. Er volgde echter 28.Dd1? De6 29.Ld4?! Dc4+ 30.De2? Na 30.Kg1 was er nog niks aan de hand, nu verloor wit een kostbare pion. Het vervolg was nog wel grappig: 30… Lxd4 31.Dxc4 Txc4 31.cxd4 Txd4 32.Ke2 T4b4 33.Ke3 Txb2 34.Txa6 Txg2 37.Tc1 Tb3+ 38.Kf4?? g5+ en mat op de volgende zet.
Dat ging dus voorspoedig. Large won ook vrij snel. Met speels gemak deed hij zwarts Philidor veranderen in een afschuwelijk slechte stelling. Ik was benieuwd naar de partij en vrolijk liet Large zien hoe hij had gewonnen. Later kwamen er meer BSG’ers en Pete en allemaal kregen ze de partij te zien. Voor BSG was het een fraaie slotdag, want ook Le won. Hij kreeg een scherpe Draak voorgeschoteld, maar wist de partij handig in positioneel vaarwater te krijgen, waarna hij gedecideerd het punt drukte.
Ondertussen probeerde FM Henk een stelling met een stuk meer te winnen. Zwart had wat pionnetjes ter compensatie, maar probleemloos wikkelde Henk af naar een gewonnen stelling. Toen was het alleen nog wachten op Ewood. Hij had een voordelig eindspel met een pluspion. Zijn tegenstander leek een winnende afwikkeling toe te laten, maar in plaats van een stuk te pakken, liet wit alle pionnen van het bord verdwijnen. Het eindspel T+L tegen T werd nog uitgespeeld. Ewood zette zijn tegenstander in de hoek en kon op een gegeven moment op slag winnen. Terwijl wij vol verwachting toekeken hoe Ewood …Ta3! zou doen, deed hij een loperzet. Hoewel het naar eigen zeggen ook na zijn zet gewonnen was (hoewel ik betwijfel of hij de winst dan gevonden had), moet hij toch even zijn geschrokken toen hem duidelijk werd gemaakt dat hij in die stelling met één simpele zet kon winnen. Het verhaal moest natuurlijk een happy end krijgen, want uiteindelijk won Ewood nog.
Als je wint heb je vrienden
Het was al laat en we konden de prijsuitreiking nog meemaken. Terwijl Pete nog zat te balen, werden de winnaars van de lagere groepen naar voren geroepen. De meesten waren echter al weg… Tot slot kwamen de echte winnaars naar voren. Winnaar was Erwin l’Ami en hij hield nog een korte speech. Helaas was hij niet zo goed te verstaan, want hij praatte niet genoeg in de microfoon.
De prijsuitreiking was afgelopen en Large zat nog te genieten van de flappen die hij had gewonnen. Op dat moment kwam Erwin langslopen. Ik besloot hem maar te feliciteren. Met 7½ uit 9 was hij de terechte kampioen. Anish won nog de laatste ronde, waardoor hij gelijk eindigde met Timman en Roi. Het was een gedenkwaardig toernooi, al zal ik er met minder genoegen op terugkijken. Volgend jaar beter?