De monsterscore van BSG 2 verklaard

Als enige team in de KNSB-competitie won BSG 2 alle wedstrijden. Wat was het geheim van dit succes?

Hoewel de kampioenen in beide eerste klasses, DSC (3F) en Voorschoten (2C) hogere scoringspercentages hadden dan BSG 2, lieten deze ploegen wel zo nu en dan halve steekjes vallen. BSG 2 was wat gelijkmatiger: de pieken waren minder uitgesproken (een aantal 6-2-overwinningen), maar echte inzinkingen waren er ook niet (alleen tegen PSV en Caïssa was het billenknijpen), zodat het seizoen met de perfecte score van 18 matchpunten uit 9 wedstrijden werd afgesloten.

Aan de scores af te lezen, was er maar één speler die er duidelijk met kop en schotel bovenuit stak: Yme behaalde een fenomenale score van 7½ uit 8 (hij moest ook een keer invallen in het eerste) en was daarmee veruit de succesvolste speler van het team. Een overzicht van de prestaties van de acht vaste spelers en invaller Theo Slisser:

Speler Gem. tegenstand Score Bord TPR
Jesper de Groote 2033 67% 2.3 2153
Yme Brantjes 1963 94% 3.3 2433
Frans Borm 1970 72% 3.6 2136
Rein Brouwer 1949 67% 4.6 2070
Ruben Hilhorst 1933 50% 4.6 1933
Coen van der Heijden 1959 56% 4.7 1997
Theo Slisser 1894 50% 6.0 1894
Tom de Ruiter 1887 61% 6.2 1965
Timon Brouwer 1867 69% 6.4 2004

Voor de rest scoorde iedereen 50% of meer. De meesten zaten rond de 60%. Met dergelijk kleine marges ligt puntverlies in iedere wedstrijd op de loer, maar kennelijk was BSG 2 afgelopen seizoen niet al te goed gesynchroniseerd en vulden de spelers elkaar voortreffelijk aan. Hetzelfde gold voor het BSG 1 van tien jaar geleden, dat dankzij een aantal uitzonderlijke individuele prestaties alle wedstrijden in de eerste klasse nipt wist te winnen.

Hoe had BSG 2 het afgelopen seizoen zonder Yme gedaan? Die vraag is natuurlijk onmogelijk te beantwoorden. Misschien zorgden zijn scores er wel voor dat anderen beter gingen schaken of dat de tegenstanders bij voorbaat al dachten dat er niks meer te halen viel. Dat laatste kan zeker een rol hebben gespeeld, want in de tweede seizoenshelft was de 5½-2½-zege in de laatste ronde de krapste overwinning.

Hoe zou BSG 2 het gedaan hebben met een middelmatige speler in plaats van Yme? Iemand die alle partijen remise schoof, zou BSG 2 welgeteld één matchpunt hebben gekost (tegen Caïssa). Iemand die altijd maar wint of verliest zou BSG 2 maximaal zes punten (en mogelijkerwijs het kampioenschap) hebben gekost:

Score per speler per ronde.

Zelfs met een middelmatig presterend team zou BSG 2 goede kampioenschapskansen hebben gehad. Het lijkt erop dat het kampioenschap vooral is toe te schrijven aan het enorme ratingsurplus. De gemiddelde tegenstand was namelijk maar ongeveer 1944, ruim minder dan de 2062 van BSG in de laatste wedstrijden. Inderdaad wijkt de TPR van het team over het hele seizoen niet veel van de eigen rating af. Kennelijk trof BSG 2 dit jaar gewoon een zwakke derde klasse.

Het betekent wel dat het niveau van de tegenstanders komend jaar een stuk hoger zal liggen. Traditioneel ligt de gemiddelde rating in de meesterklasse op ongeveer 2400, in de eerste klasse op ongeveer 2200, in de tweede klasse op 2100 en in de derde klasse rond de 2000. Hoewel het verschil tussen tweede en derde klasse dus ongeveer 100 punten is, zal het verschil tussen de zwakke derde klasse van afgelopen seizoen en een gemiddelde tweede klasse van volgend seizoen gevoelig groter zijn. Hopelijk is BSG 2 goed genoeg gesynchroniseerd om zo nu en dan te stunten. Gelukkig zijn er altijd genoeg zwakkere teams waar BSG 2 de punten tegen zou moeten halen. De tijd zal leren of het genoeg is om degradatie af te wenden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *