Onvoorstelbaar
Tijdens de Grand Prix van Italië in 2006 veranderde de Formule 1-wereld voorgoed. Zevenvoudig wereldkampioen Michael Schumacher kondigde zijn vertrek aan, maar dat was niet het enige. Nederland zou een Formule 1-team krijgen! Geweldig nieuws, natuurlijk. Het kleine Nederland zou gewoon een team hebben in de grote wereld van de Formule 1!
Van dat enthousiasme bleef al gauw niks meer over. De Spykers waren ongelooflijk traag en er ging van alles mis, dus de trots sloeg om in schaamte. Heel Nederland was dan ook blij dat Spyker na een jaar werd overgenomen. Ondanks dat M Mol zijn eigen team opkocht, verdween al het Nederlandse aan de auto. Het team ging verder als Force India.
Ondanks de andere naam waren de bolides nog steeds traag, maar dat er progressie gemaakt werd, dat stond vast. Waren de Spykers per ronde drie à vier seconden trager dan de koplopers, de Force India’s hoefden meestal maar iets van anderhalve seconde toe te geven. Helaas voor ze stonden ze dan nog steeds laatste, maar waren er uitschieters naar boven mogelijk.
Spa-Francorchamps
Ondanks enkele goede races, zoals in Monaco en Groot-Brittannië, waar Fisichella net buiten de punten finishte, of de sterke optredens van Subtiel in China en in Duitsland, prijkte er nog steeds een nul achter Force India. Maar in de Ardennen was het opeens wel raak, want Fisichella blonk in elke kwalificatiesessie uit en zette zijn Force India zelfs op pole. De vermoedens dat de Italiaan zich op de “laatste benzinedampen” had gekwalificeerd bleken volledig onjuist te zijn, want direct nadat hij zijn snelste ronde neerzette, ging hij op jacht naar een nog snellere tijd. Het mocht niet baten: hij beet, net als de andere kanshebbers, zijn tanden stuk op zijn eigen tijd.
Onder die kanshebbers zaten al niet eens meer Button en de beide McLarenrijders. Opmerkelijk, want Luis had de vorige wedstrijd kunnen winnen, maar nu was het weer drie keer niks. Als “excuus” voerde hij aan dat de wagen neerwaartse druk tekort kwam, wat wel vreemd was, aangezien hij in Hongarije nog had gewonnen…
Ook Button stelde teleur. Hij reed een veertiende tijd, terwijl Barrichello vierde was. Daarmee stond de Braziliaan zelfs voor de Red Bulls, die slechts achtste en negende waren.
Dat een Force India wagen op pole stond, dat was al verrassend, maar dat er een Ferrari achteraan stond? Dat lag niet in lijn der verwachting. Hoewel, Luca Badoer, de vervanger van Felipe Massa, liet in Valencia al een beschamende indruk achter. In België moest het dan maar beter gaan, maar ook nu ging hij af als een gieter. Hij bezette de hele tijd de onderste plaatsen en in de kwalificatie kwam daar geen verandering in. In zijn laatste snelle rondje moest hij iemand inhalen, waarna hij van de baan vloog en crashte.
Vroeger werden er altijd grappen gemaakt over Badoer. Toen hij in 1999 stopte met racen, was hij al degene met de meeste starts zonder ooit een WK-punt te hebben gescoord. Tja, als je altijd in een Minardi zit, dan is het niet zo heel gek dat je nooit binnen de top 6 finisht. Maar met een Ferrari moet het toch wel lukken? Want iemand die tien jaar testrijder is bij Ferrari en daarbij het ronderecord op het testcircuit bij wijze van spreken ieder jaar verbetert, die kan wel rijden.
Toch blijft het altijd een risico in de competitieve wereld van de Formule 1. In Valencia maakte hij er echt een potje van, in Spa was hij gewoon net wat te traag. Vroeger had hij dan in een Ferrari misschien nog een achtste plaats behaald en kreeg hij een voorzichtig schouderklopje, nu was hij de traagste en werd hij door iedereen uitgelachen.
Race
Ondertussen maakten de Italianen Fisichella en Trulli maar al te graag reclame voor zichzelf door de eerste startrij te bezetten. Vooral Trulli was strijdlustig. Hij wilde de race dolgraag winnen, omdat hij beseft dat hij volgend jaar weleens zonder stoeltje kan komen te zitten. Ook Barrichello wilde zijn slag slaan. Nu alle titelfavorieten achter hem stonden, kon hij mooi zijn slag slaan in de titelstrijd.
In de race werden deze illusies echter wreed verstoord. Fisichella behield de leiding, maar daarachter werd het een zooitje. Zo liet Barrichello z’n motor bijna afslaan en kwam amper van zijn plek. Vervolgens krioelden de wagens om elkaar heen in de eerste bocht, waarbij sommigen gebruikmaakten van de uitloopstroken naast het circuit. Räikkönen omzeilde daardoor handig het gedrang en dook voor de Eau Rouge als derde op, vlak achter Kubica. Met behulp van KERS haalde hij de Pool in op het rechte stuk, maar vervolgens schoot hij rechtdoor en veroorzaakte hij verwarring bij de rest van het veld. Daarvan werd Button het slachtoffer, net als Luis. De debutanten Gros Jean en die kerel met die onuitspreekbare naam waren de boosdoeners.
De safetycar kwam in ieder geval op de baan om de boel in toom te houden. Bij de herstart speelde Räikkönen het slim. Hij was alert en volgde Fisichella meteen als een schaduw. Na de Eau Rouge zette hij zijn KERS aan het werk en vloog hij er op het rechte stuk voorbij. Het was, naast de pitstops, de enige kans voor hem om voorbij Fisichella te komen.
Na de inhaalactie volgt Fisichella Räikkönen als een schaduw. Zelden bedraagt het verschil tussen de twee meer dan een seconde. Vooraan zijn de kaarten dan dus geschud, want hoewel Fisichella sneller is, kan hij de Ferrari nooit meer inhalen.
Ook Jarno Trulli heeft daar moeite mee. Nadat hij de eerste ronde niet schadeloos door wist te komen, moest hij naar de pits en sloot hij weer achteraan aan. Ook Barrichello en Subtiel moeten weer een inhaalrace rijden. In tegenstelling tot de andere twee lukt het Trulli niet Badoer te passeren. Op de rechte stukken is de Ferrari te snel. Liever probeert Trulli het bij de pitstops, maar hij rijdt dan allang voor spek en bonen mee. Uiteindelijk zal hij de finishvlag slechts vanuit de pitsstraat te zien krijgen.
Ook Mowk Webbah zal flink hebben gebaald. Hij werd roekeloos weggestuurd bij een pitstop, waardoor hij bijna een andere wagen in de muur drukte. De bijbehorende drive-throughpenalty ruïneerde zijn race. En dat terwijl Fattle een zeer goede race rijdt. Hij werkt zich via de pitstops op naar de derde plek. Doordat hij de ene na de andere snelste ronde rijdt, weet hij het gat met Räikkönen en Fisichella bijna nog te dichten. Ook de BMW’s doen weer aardig mee. Kubica en Hidefeld finishen kort achter elkaar als vierde en vijfde.
Barrichello is in de slotfase toch nog knap achter Co Valainen gekomen. Met nog drie ronden te gaan houdt hij de druk er vol op, wetende dat ieder punt nu heel waardevol is. Maar dan gebeurt er iets wat in de GP2-race ook al zo vaak te zien was: er komt een onheilspellende rookpluim uit de Brawn. Desondanks vertraagt Barri nauwelijks. Het probleem verergert ook niet en zodoende weet Barri nog als zevende te finishen, vlak voor Rosberg en Webbah, die ongetwijfeld hadden gehoopt dat de Mercedesmotor de lucht in was gegaan. Volgens de boordradio was het slechts een olielek, maar het zorgde er wel voor dat de wagen na afloop in de fik vloog.
Kampioen
Voor Räikkönen was het een mooie opsteker. Voor het eerst in anderhalf jaar won hij weer eens een race. Ook leverde hij Ferrari tien belangrijke punten, waardoor ze een stap dichter bij de derde plaats in het constructeurskampioenschap zijn gekomen, het doel voor dit jaar.
Ondertussen kunnen nog acht rijders kampioen worden. Hier een overzicht:
Stand
1. Button – 72
2. Barrichello 2 56
3. Fattle 6 53
4. Webbah – 51½
5. Räikkönen 10 34
6. Rosberg 1 30
7. Luis – 27
8. Trulli – 22½
Theoretische limiet: 22 punten
Ondertussen kunnen mensen als Alonso, Co Valainen, Glock en Hidefeld met geen mogelijkheid meer kampioen worden…
GP2
In een raceweekend waarin de nodige bolides werden afgeschreven, boekte Giedo van der Garde een knappe overwinning in de sprintrace op hetzelfde Spa-Francorchamps. In de eerste race werd hij wat ongelukkig zevende; zijn teamgenootje blokte hem onhandig en sneed een chicane af, waarna een achtervolger hem kon inhalen. Die zevende plaats betekende wel dat GiGa als tweede mocht starten voor de sprintrace. Echter, doordat zijn teamgenootje een straf kreeg, werd GiGa zesde en mocht hij als derde starten. Geen idee of ‘ie daar nou zo blij mee was…
Nadat hij had uitgelegd hoe een stuurtje werkte (gek genoeg met de plattegrond van de Hungaroring erop), zette hij zijn helm op en reed hij vervolgens met het mes tussen de tanden. Bij de start verschalkte hij de twee mannen voor hem, waarna niemand hem meer terug zag.
Daarmee deed hij het een stuk beter dan Robert Doornbos, die in een Indycarrace driemaal werd gedubbeld, terwijl de rest van het veld binnen een seconde van de winnaar finishte. Nee, echt goed voor zijn imago is het racen op die ovals niet.
Jammer genoeg doen er geen Nederlanders mee in de Formule 1. Kan die Mol daar niet voor zorgen, of moeten we echt wachten totdat Max Verstappen borsthaar heeft?