Terugblik: de Internetclubcompetitie

Afgelopen maandag werd er vanuit BSG een internettoernooi georganiseerd ter vervanging van de gewone clubavond. Ondanks de te verwachten kinderziektes was het een behoorlijk succes, want er kwamen ruim twintig schakers (in verschillende leeftijdscategorieën) op af.

Interessant genoeg werd het toernooi gespeeld op Lichess, een server waar je gratis kunt spelen. Sinds een aantal jaar schuif ik daar heel af en toe ook wat virtuele houtjes, nadat ik daarvoor altijd op Playchess had gespeeld, waar ik gratis een permanent account had. Ergens in het begin van deze eeuw kreeg je namelijk bij aankoop van de nieuwste versie van Fritz drie gratis Playchess-accounts, wat best bijzonder was, omdat die accounts later enkele tientjes per jaar kostten.

Anyway, de schaakbond koos er ruim een decennium geleden voor Playchess als server om alle internetkampioenschappen te houden. Begin 2009 waagde ik me aan de kwalificatietoernooien voor het eerste Nederlands Kampioenschap Internetschaak en daarbij faalde ik hard. Heel wat beter ging het later dat jaar in de Internetclubcompetitie. In de eerste ronde werd bijvoorbeeld het redelijk sterke team van Wageningen overtuigend geklopt. Een sfeerimpressie:

Gemotiveerd BSG wint met 13-3

Een nieuw fenomeen dit jaar zijn de door de KNSB georganiseerde Playchesstoernooien. In het begin van het jaar hadden we al het NK Internetschaak, in deze maand begon de Internetclubcompetitie. BSG kon een -op papier- sterk team opstellen. Met Large, VR en Ewood hadden we toch al heel wat KNSB-rating in huis. Ach ja, voor dit vluggerwerk is internetrating wel belangrijker. Op internet is VR een echte uitblinker. Je moet hem af en toe wel oppeppen, maar daar krijg je ook wat voor terug. Met Behirder erbij hadden we toch mooi een gemiddelde blitzrating van iets van 2400 punten. Niet supergoed, maar toch zeker niet verkeerd.
Toch was ik bang dat bijvoorbeeld HSG mee zou doen met Smeets, L’Ami, Stellwagen en King Look. Of nog erger, Bobbin. HSG – BSG, dat zou pas erg worden. De landskampioen kwam echter niet met een team voor de dag, wat betekende dat BSG in de opstellingen de alleenheerser was. Pas onlangs kwam de melding dat er een geschikte tegenstander was gevonden: Wageningen.

Tja, twee jaar geleden speelden we in de KNSB-competitie tegen Wageningen en dat leverde ons een zwaarbevochten zege op. Het zou dus niet meevallen om van dit team te winnen. Een datum werd gevonden: gisteravond om 21:00 uur zouden de viertallen de degens kruisen. Ik had daar maar mee ingestemd, maar echt blij was ik er niet mee: ik moest nog veel doen voor school en dan komt dit er nog tussendoor…

Toernooi
Het was inmiddels tegen negenen en ik kwam bij mijn clubgenoten. Grappig was de geografische spreiding: Le en La verkozen het westen des lands, terwijl Ewood en VR in het oosten vertoefden. Maar op Playchess maakt dat natuurlijk niet uit. Daar is iedereen maar een muisklik van elkaar verwijderd. Large kwam net van het Culturele dorp-toernooi, waar hij zijn eerste puntje had gepakt. Met zijn vorm was dus weinig mis. Meer problemen verwachtte hij echter van zijn verbinding.

Ondertussen waren de organisatorische voorbereidingen bijna afgelopen en werd het tijd voor de eerste ronde. In de eerste ronde zouden alle BSG’ers zwart krijgen. De witspelers moesten ons dan uitdagen. Hadden ze beter niet kunnen doen…

Uiteindelijk wisten we de competitie te winnen, ondanks een zeperd tegen onze directe tegenstander Terneuzen, een wedstrijd waar beide partijen niet met veel plezier op terug zullen kijken. In ieder geval stonden we bij het ingaan van de laatste ronde aan kop. Doordat het onduidelijk was of die laatste ronde in verband met de naderende vakantie nog wel gespeeld zou worden, was het lange tijd onduidelijk wie er kampioen zou worden.

Achter de schermen rommelde het wat. De Zeeuwen wilden de laatste ronde nog spelen, of in ieder geval nog een kampioenswedstrijd tegen BSG spelen. Lennart counterde dat het het niet logisch was om in een competitie een wedstrijd dubbel te spelen en de schaakbond sloot zich daarbij aan, want de laatste ronde werd niet meer gespeeld en dus waren wij kampioen.

Opmerkelijk genoeg bagatelliseerde Lennart de prestatie op Schaaksite door te stellen dat het niveau van de competitie laag was, wat na afloop natuurlijk makkelijk praten is, en waarmee hij enkele tegenstanders echt tekortdeed. Natuurlijk hadden we geen schijn van kans gehad als er een echt sterk team mee had gedaan, maar het onvermogen van de Nederlandse grootmeesters om een onverslaanbaar internetteam te formeren was niet onze schuld. Daarnaast wisten we de zwakkere teams vaak ongenadig hard van de server te premoven.

Een jaar later wisten we de titel, ondanks flinke tegenstand, te prolongeren, waarna we er wel weer genoeg van hadden. Stoppen op je hoogtepunt. Anno 2020 zijn de twee kampioenschappen slechts een vage herinnering. Ik heb geen idee of de internetclubcompetitie überhaupt nog bestaat en welke teams ‘m allemaal hebben gewonnen. Playchess is in verval geraakt toen de echte toppers naar andere servers overliepen. Je kunt niet oneindig in het verleden blijven hangen. Wel kun je van tijd tot tijd op het verleden terugkijken, zodat je beter doordrongen raakt van wat voor kleine dingen er in de tussentijd veranderd zijn. En in de tussentijd moet je met je tijd mee blijven gaan. Zo krikte ik mijn bulletrating tijdens het BSG-internettoernooi nog met bijna 400 punten op…

Ik had even geen zin in rapidpartijen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *