Ook in de tweede klasse heeft BSG het zwaar

Na de degradatie uit de eerste klasse zou BSG een niveautje lager weer veel gaan winnen. Het K-woord werd voor het begin van het seizoen al in de mond genomen. Al in de eerste ronde kregen die kampioenschapsaspiraties een gevoelige knauw. Het sterke Philidor Leiden won in het Denksportcentrum met het kleinst mogelijke verschil.

Na een vrijwillige en een onvrijwillige degradatie speelt BSG 1 dit seizoen in de tweede klasse, een klasse waar het tweede vier seizoenen geleden nog in uitkwam. Sinds 2007 heeft BSG 1 ook niet meer zo laag gespeeld als nu. Toch was er plaats voor optimisme. Doordat BSG 1 niet langer een tiental, maar een achttal was, ging het er qua speelsterkte op vooruit. Hoe groot het zelfvertrouwen was, bleek wel toen grootmeester Harmen Jonkman vriendelijk werd bedankt voor zijn interesse. De tien spelers van afgelopen seizoen, exclusief Coen, zouden dit jaar een gooi om het kampioenschap moeten doen.

De eerste tegenstander was Philidor uit Leiden, met ex-BSG’er Frank Erwich als onbetwist sterkste speler. Een geduchte tegenstander en een belangrijke concurrent voor promotie. Dat beide teams zich doordrongen waren van het belang van de wedstrijd, bleek wel uit het feit dat ze op volle oorlogssterkte waren. Bij BSG, dat standaard elke ronde twee reserves heeft, hadden Iskander en teamleider Timon deze ronde vrijaf.

Uit tactische overwegingen had BSG Rein aan het kopbord gezet, in de hoop dat hij daar met zijn betonstijl een remisetje kon pakken tegen Frank Erwich. Philidor doorkruiste het strijdplan door de uit vorm zijnde Thijs Roorda aan het kopbord te posteren. Inderdaad eindigde het duel in een draw en daar mocht Rein niet over mopperen.

Ewood had aan het derde bord de taak om Frank Erwich te neutraliseren en deed dat met verve. Hij besloot opeens een Caro-Kann uit de hoge hoed te toveren en bereikte daarmee al gauw een gelijke stelling, waarna de vredespijp werd gerookt.

Minder verging het Ruben aan het laatste bord. Robin Wooter zette hem in de opening al gauw aan het denken en had al gauw het beste van het spel. In een moeilijke stelling ging Ruben gauw door de knieën en dus stond Philidor op voorsprong.

Tegenvallend voor BSG was dat Ton aan het tweede bord het verschil niet kon maken. Hij had alles wat een schaker zich maar kan wensen, maar op het eind kon Stef van der Zon met een uiterst vervelend paard nog remise maken.

Ongeveer het omgekeerde verloop had de partij van het Apenhoofd aan bord 5. Na de opening verprutst te hebben, mocht hij van geluk spreken dat tegenstander Maarten van Harten de finishing touch miste, waardoor hij nog met een blauw oog naar remise kon ontsnappen.

De situatie werd penibel voor BSG toen Frans aan het zevende bord zijn koning moest omleggen. Tegen Arres Oudshoorn had hij zich, zijn stijl getrouw, toegelegd op tegenhouden. Dat ging een tijd goed, maar aan het eind van de middag was de benzine op en werd hij alsnog naar een nederlaag gespeeld.

FM Henk scoorde de aansluitingstreffer door Guido Koekenbakker in het eindspel pootje te haken, waarna alle ogen gericht waren op de partij tussen Mark en Wessel Braggaar. Na een in het middenspel geofferde pion nooit meer te hebben teruggezien, probeerde Mark in het eindspel nog een wonder te verrichten met zijn loperpaar, dat inmiddels tegen twee minuspionnen moest opboksen. Het wonder geschiedde half, want hij wist er dankzij een zetherhaling nog een remise uit te peuren. Meteen na afloop kreeg de arme zwartspeler de vraag van zijn teamgenoten naar zijn hoofd geslingerd waarom hij niet een van zijn pluspionnen opofferde om wits vervelende loper te ruilen.

Voor het resultaat maakte het niet uit, want BSG verloor alsnog. Met het kleinst mogelijke verschil, net als vorig jaar vaak het geval was. In dat opzicht is BSG nog niet veel met de degradatie opgeschoten. BSG 2 won daarentegen juist met het kleinst mogelijke verschil van het niet misselijke team De Amstel 1, na lange tijd op achterstand te hebben gestaan.

BSG (2155) – Philidor Leiden (2160) 3½-4½
1. Rein Brouwer (2071) – Thijs Roorda (2136) ½-½
2. Ton van der Heijden (2270) – Stef van der Zon (2150) ½-½
3. Ewoud de Groote (2233) – Frank Erwich (2376) ½-½
4. Henk van der Poel (2218) – Guido Bakker (2183) 1-0
5. Jesper de Groote (2206) – Maarten van Harten (2145) ½-½
6. Mark Grondsma (2114) – Wessel Braggaar (2099) ½-½
7. Frans Borm (2109) – Arres Oudshoorn (2154) 0-1
8. Ruben Hilhorst (2015) – Robin Wooter (2035) 0-1

BSG heeft nog drie weken om over deze kater heen te komen, want dan speelt het tegen Schaakmat Westland.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *